Skip to main content
  • 15 augustus 2022

BoemtsjaBoemtsjaBoem: Zandvoort en strand op zondag

Arthur Graaff

 Verval? Een jongen en meisje op een scooter willen door voetgangershekken een steil voetgangerspad naast het station oprijden. Ik sta in de weg. De jongen vraagt of hij erlangs kan. Ik stap traag opzij. Hij geeft vol gas en maakt nog een boos armgebaar. Het is mij te warm voor ruzie.

Ik praat even met een vrouw daar. Ze vertelt een kwart indisch te zijn, en legt uitvoerig uit hoe het zat met haar vader en opa. Haar vader zat in een Jappenkamp. Daar heeft hij nooit over verteld, net als de mijne over zijn naziperikelen. Haar vader kwam na de oorlog naar Nederland en stichtte een familie.

Ze is verbaasd van mij te horen dat de Indische herdenking op de dag erna, maandag 15 augustus plaatsvindt. Ze vertelt verder dat ze woont met uitzicht op zee, en daardoor altijd de wind voelt. Anders dan in haar jeugd in Heemstede. Ze wandelt vaak 's-ochtends met haar hond op het strand en noemt de 'enorme rotzooi' die er dan nog ligt. Ik kom later op het strand een keurige fiets maar zonder ketting tegen - nog prima bruikbaar, deels onder het zand - en daarna een volle babyluier. Ik aarzel of ik de fiets - zonder roest of slot - mee zal nemen.

Ik kom van het strand op de rotonde en daar staat een beeld van een knielende naakte vrouw, die zich opricht. Ik denk meteen: oorlogsmonument, want driekwart van Zandvoort is door de nazi's afgebroken. Het blijkt de zonaanbidster. Verderop een buste van een vrouw met lang, krullend haar. Geëxecuteerde verzetsvrouw, Hannie Schaft?  Nee, keizerin Sissi, die daar ooit in een soort Kurhaus-achtig hotel logeerde, door haar latere landgenoten afgebroken.  Gelukkig nergens meer het bord 'Zimmer frei' uit de jaren '60. Ik wou mijn voeten nog een keer in zee wassen. Dat lukt - ze worden heel erg schoon. Overigens blijkt op het strand topless vergeten of verboden of gekoraniseerd of zo - ik zie per ongeluk één tepel na een uur op het strand. Sorry tepel!

De helikopter maakt altijd zoveel herrie dat je wel moet kijken. Hij vliegt traag heen en weer boven de branding, en zelfs een stukje achteruit. Dat trekt kijkers op de boulevard. Die is voor voetgangers, maar de brommers rijden er af en aan. De heli vliegt voor Medy, 5 jaar, zwart haar, 'black swimming trousers with a red stripe', die op dat moment al twee uur weg is. Een uur daarvoor werd hij ook al omgeroepen en ik vroeg drie badmeesters in hun pickup hoe het zit. Kinderen blijken meestal met de wind mee weg te raken. Ze laten me een foto zien: een vrij klein jochie. Ik loop dus met de wind mee langzaam het strand over en kijk heen en weer.

Dan een gesprekje met een dunne man van 50 zonder voortanden op een ligbed, over de grote meeuwenzwerm die opeens boven ons naar zee vliegt . Dat is volgens hem een teken, en God bestaat niet. Ik vraag hoe hij dat weet - 'Je bent niet zo dom als je eruit ziet', zegt hij dan. Ik zeg dat ik naar een jochie zoek. 'Wat sta je dan hier met mij te praten?' Ik loop weer verder.

BoemstajBoemstajBoemstajBoem, klinkt het onafgebroken van een stranddisco, op ruim honderd meter afstand, met echte lichtflitsen en rookwolken. Zuchtend loop ik door, richting reuzenrad - ook nieuw voor me. Weer de omroepauto voor Medy. Maar het is al acht uur en ik wil langzaam aan terug naar huis.

Het beton alom op de boulevard begint mijn geest te betonniseren. Ik sta even stil voor een restaurant-aan-zee in het Palace Hotel en maak een foto van de eters. Daarna dwingt iets me omhoog te kijken - vijftien eindeloze en identieke etages van morbide jaren-'60  nachtmerrie-achitectuur dreigen op me neer te storten. Halverwege twee mensen op een balkon die naar het geval-Medy staren. Ik kan maar één ding doen: snel een foto, en weg, weg.

Op het strand staan nu een stuk of acht politiemensen rustig bijeen naast hun auto's en de heli gaat er verderop vandoor. Medy is dus terecht.

De terugreis naar Bussum - 55 kilometer - kost drie overstappen en twee uur. Ik pik thuisgekomen nog net genoeg van de freakshow mee, die Zomergasten die avond werd met de éénarmige, stervende, vrij aantrekkelijke jonge dichteres. Tevreden eet ik mijn diner.