Skip to main content
  • 21 december 2023

Over links

Hans Boot

Piekerend over deze bijdrage voor Konfrontatie - toch over de verkiezingsuitslag? - googelde ik naar de eerste en tevens laatste deelname door Mussert en zijn Nationaal Socialistische Beweging aan de Tweede Kamerverkiezingen. Dat was tijden geleden, in 1937, maar wel drie maanden voor mijn geboorte. Hier het resultaat van die verkiezingen:

* Mussert haalde vier van de honderd zetels (4 procent), één meer dan de communisten.

* De sociaaldemocraten kwamen op 23 procent. Confessionelen op 60.

* Conservatieve liberalen op 4 procent, progressieve 6 procent.

Globaal samengevat: extreemrechts: 4 procent - rechts: 60 - links: 32.

Een cijfermatige vergelijking met de verkiezingen van 22 november van dit jaar, ligt voor de hand, het aantal zetels is inmiddels 150:

* PVV en FvD respectievelijk 37 en 3 van die 150 zetels: bijna 27 procent.

* De reguliere rechtse partijen komen uit op 63 zetels: 42 procent.

* PvdA/GroenLinks: 25 zetels, ruim 16 procent; SP: 5 zetels, ruim 3 procent. De overige min of meer linkse partijen: 17 zetels, ruim 11 procent.

Globaal samengevat: extreemrechts: 27 procent - rechts: 42 - links: 31.

Schema

In het schema rechts/links, kan rechts aangeduid worden als bevestigend, versterkend en rechtvaardigend van het heersende maatschappelijk systeem, de kapitalistische productiewijze en de daaraan verbonden machtsstructuren. Extreemrechts sluit zich daarbij aan door de aantasting van maatschappelijk erkende democratische uitgangspunten en middelen niet te schuwen. Dat geldt ook voor ideologische strijdigheden, zoals bij de NSB in de naamgeving 'socialistisch' en de PVV 'vrijheid', Daarnaast kent extreemrechts al of niet illegale, buitenparlementaire organisaties.

Links is primair een kritische reactie op de heersende economische, sociale, politieke en ideologische machtsbolwerken. Een reactie die vanaf het begin varieerde van aanpassende verbetering tot algehele afwijzing en de daaraan verbonden organisaties en maatschappelijke alternatieven. Nationaal en internationaal. Uitmondend in 'linkse stromingen' die elkaar met name over die alternatieven bestreden, zeker toen deze op langere termijn bepaald niet succesvol bleken te zijn. Een moeizaam proces dat zich tot op vandaag vooral 'buitenparlementair' voltrekt en een versplinterd links landschap laat zien dat extreemrechts gretig als 'extreemlinks' aanduidt.

Rutte kijkt niet achterom

In een terugblik op de samengevatte percentages van 1937 en 2023 valt de stijging van extreemrechts op, die met name ten koste gaat van 'rechts' en in mindere mate van 'links'.

Ook zonder grondig vergelijkend onderzoek naar de jaren dertig voor en na 1937 en de recente jaren tot en met 2023 is het crisiskarakter van beide perioden opvallend. En dat niet alleen, de eerste periode kende vier kabinetten van minister-president Colijn, lid van de protestantse Anti Revolutionaire Partij. Gedurende de tweede periode, 2010-2023, vervulde Rutte (VVD), ook in vier kabinetten, dezelfde functie. Colijn was even onwrikbaar als Rutte glad politiek rechts.

De periode Colijn werd beheerst door een diepe economische crisis met bittere armoede, grote werkloosheid en gehate werkverschaffing. Oorlogen en fascisme in onder meer Italië en Spanje en de aanloop naar de Tweede Wereldoorlog door nationaalsocialistisch Duitsland.

De kabinetten van Rutte laten een aaneenrijging zien van sociale, politieke en ideologische crises die binnen en buiten Europa samengaan met rechtse dictaturen en oorlogen. Een voedingsbodem van schandalen, onvrede, uitzichtloosheid en mooipraterij, waarin Wilders na jaren van ploegen grondig zaait en behalve miljoenen stemmen ook internationale complimenten oogst. Onder meer van de Hongaarse Poetinvriend Orban en de fascistoïde gelukwensen van de Franse Marine Le Pen die glundert over zijn ''spectaculaire prestatie''. Rutte is al weken op sollicitatiereis naar de volgende klus. En degene die een woning of een vaste baan zoekt, het Groningse huis met gescheurde muren eindelijk wil repareren, nog steeds zucht onder de toeslagenschulden en/of post covid vermoeidheid, ziet dat.

Een zwalkend boegbeeld

De groei van extreemrechts komt niet van zelf, is geen vanzelfsprekend resultaat van welke crisis ook. Noch Wilders, noch de geschetste maatschappelijke voorwaarden zijn allesbepalend. De positie, weerbaarheid, strijdbaarheid en vooral de overtuigingskracht van links zijn van invloed. Zo oefenden bijvoorbeeld interne conflicten bij de Partij van de Dieren en Volt een ongunstige invloed uit, evenals de reeks van eerdere nederlagen van de Socialistische Partij. Maar dat niet alleen. De partijstrategie en de uitvoering daarvan hebben hun effect. Gezien de internationale status van Timmermans, zijn ruime politieke ervaring en het succes in 2018 bij de Europese verkiezingen, koos de kersverse, gezamenlijke lijst van de PvdA en GroenLinks hem als boegbeeld bij de verkiezingen in november.

De verwachtingen waren hoog, gedacht werd aan de nieuwe minister-president en met dat profiel zocht hij naar een open contact en mogelijke samenwerking met andere partijen. Met name met Nieuw Sociaal Contract, de leider Omtzigt scoorde hoog in de peilingen en hield een lange tijd 'de kaarten tegen de borst'. Zeker toen het succes van Wilders niet uitgesloten was, trachtte Timmermans met scherpere uitspraken te redden wat er te redden viel.

In het zondagse NOS-programma Buitenhof van 17 december jongstleden maakte hij zijn gezwalk duidelijk door te benadrukken dat hij in tegenstelling tot de 'revolutionair' (de aanhalingstekens waren nauwelijks hoorbaar) Wilders een principiële hervormer was. Hij koerste op de verbetering van het bestaande en zette GroenLinks geheel uit beeld en daarmee de uitgesproken linkse ontstaansgeschiedenis van die partij.

Nieuw begin

De stijging van het aantal zetels bij GroenLinks/PvdA van 17 naar 25 tekent bleekjes af bij het verlies van de SP (van 9 naar 5), Partij voor de Dieren (van 6 naar 3), Volt (van 3 naar 2) en BIJ1 (van 1 naar 0). De nieuwe fractievoorzitter van de SP kondigt een nieuwe koers aan: "de tegenstelling kraken tussen werkende mensen en de graaiende klasse", met nieuwe impulsen aan de klassenstrijd (de Volkskrant, 13 december 2023). Dat laat onverlet dat de linkse toekomst meer dan ooit bij de kleine buitenparlementaire organisaties ligt. Ze laten zich na de verkiezingen horen met bijvoorbeeld "Organiseer je voor een echt links alternatief" (Rode Morgen, 1 december 2023), "Bouw verzet van onderaf" (de socialist, december 2023/januari 2024) en "Links moet oppositie voeren" (Grenzeloos, 4 december). Hun onderscheiden organisaties liggen in een scheiding gedurende een lange, internationale geschiedenis van de politieke bewegingen waarvan ze deel uitmaken.

Is die geschiedenis te overwinnen? Hebben ze meer dan toevallige onderlinge contacten, zijn er initiatieven voor een samenwerking? Ervaren ze een versplintering van hun mogelijk te organiseren gezamenlijkheid in een aanval op extreemrechts? Hun bestaan en overleving vergen veel inspanningen die mensen doen vertrekken en  die te vervangen door nieuwe te werven. Alle zijn actief in de klimaatbeweging en de vakbeweging, zijn daar stappen te zetten?

Voor de hand liggende vragen die misschien wel gesteld zijn. De uitwisseling van de antwoorden kan een nieuw begin zijn.

Oh ja, de huidige metamorfose van Wilders tekent het gevaar van extreemrechts.