Skip to main content
  • 06 november 2017

Nepnieuws in 1917

Rob Lubbersen

Nepnieuws is een hype. Sinds Donald Trump in Amerika opkwam, ligt het woord ‘nepnieuws’ hem voor in de mond om de media verdacht te maken én produceert hijzelf vrijwel niks anders. Een hype. Maar nieuw? Niet echt. Bij mijn onderzoek naar de Russische Revolutie van 1917 stuitte ik op een boekje dat een aardig stukje nepnieuws van honderd jaar geleden weergeeft. Het gaat om het boekje “Interpreting the Russian Revolution” van Orlando Figes en Boris Kolonitskii.

Het nepnieuws dat zij bespreken gaat over de geruchten en roddels rond het hof van de Romanovs in de tijd van de Februari Revolutie van 1917, waarbij een einde kwam aan het tsarenregime. Grofweg waren er drie belangrijke meningen van ‘de man en de vrouw in de straat’ die het aanzien van Tsaar Nicolaas II, zijn vrouw Alexandra en het hele hof ernstige schade toebrachten.

Uitspattingen
In de eerste plaats betrof dat de veronderstelde losbandigheid aan het tsaristische hof. In kranten en kroegen werd druk gesproken over sexuele uitspattingen in hofkringen. Een centrale rol in de verhalen was weggelegd voor de selfmade monnik Raspoetin.

Die was al in 1905 een vaste bezoeker van de paleizen in Sint Petersburg. In 1907 werd hij ingeschakeld bij pogingen om het tsarenkind Aleksej te genezen van zijn hemofilie (bloederziekte). Maar buiten de paleizen (en misschien ook wel daarbinnen…) werd druk gefantaseerd over zijn sexuele uitspattingen. Vooral de tsarina zelf en de hofdame Anna Vyrubova zouden daaraan meedoen. Naar verluidt lieten zo’n beetje alle dames in zijn buurt zich verleiden. Vanzelfsprekend sprak men er verlekkerd schande van! Zelfs de kritische dichter Alexander Blok (bekend van het gedicht “De Twaalf”) geloofde de smeuïge roddels.

Na de moord op Raspoetin (in 1916) en de val van de Tsaar (Februari 1917) maakte Alexander Blok deel uit van een “Buitengewone Commissie van de Voorlopige Regering voor Onderzoek naar Kwaadaardigheden aan het Hof” (echt waar!). Anna Vyburova ontkende alle aantijgingen. De Commissie liet haar toen medisch onderzoeken en wat bleek? Anna was nog maagd! Gezien de omvang van het geslachtsdeel van Raspoetin (dat nog altijd bewaard wordt op sterk water in de Hermitage van St. Petersburg), is het onwaarschijnlijk dat de doctoren op dit punt mis zaten.
Ook zijn er nooit aanwijzingen gevonden dat tsarina Alexandra daadwerkelijk ‘vreemd’ is gegaan. Er zijn redenen waarom ‘het volk’ maar al te graag in de verhalen over vunzige toestanden aan het hof wilde geloven.

Verraad
Een tweede verhaal berust wellicht iets meer op waarheid. Dat betreft het gerucht dat tsarina Alexandra de Russische belangen in de oorlog met Duitsland (vanaf 1914 in de Eerste Wereldoorlog) niet optimaal diende. Ze was immers van origine een Duitse prinses en een nicht van de Duitse Keizer Wilhelm II. Haar broer (groothertog Ernst Ludwig) vocht mee in het Duitse leger. Harde bewijzen voor verraad zijn nooit gevonden. Maar toen de burgerlijke politicus Miljoekov de vraag opwierp of het hof schuldig was aan “Dwaasheid of Verraad”, weergalmde louter dat laatste woord in de Peterburgse en Moskouse straten. Ook de premier van de Voorlopige Regering, Kerenski, meende dat in die aantijging mogelijk een grond van waarheid zat. Hij stond er op de tsarina over deze zaak persoonlijk te verhoren. Dat leverde evenmin onomstotelijk bewijs, maar de verdenking bleef bestaan.

Wie is de baas?
Het dichtst in de buurt van de werkelijkheid kwam waarschijnlijk de derde roddel. Die draaide om de stelling dat feitelijk niet de Tsaar maar de tsarina en Raspoetin aan de touwtjes trokken. De Tsaar mocht dan met enige regelmaat zijn Kozakken op ongewapende demonstranten afsturen, waarbij duizenden doden vielen, erg besluitvaardig was hij verder niet. En toen hij medio 1916 het militaire opperbevel volledig in eigen handen nam werden de Russische legerprestaties bepaald niet beter. Het effect was dat hij door zijn aanwezigheid aan het front (nou ja, natuurlijk op veilige afstand van de gevechten), nóg minder thuis was om zijn familie- en regeringszaken te regelen. Het was olie op het vuur van de geruchten over overspel door zijn vrouw (ze moest wel!) en over haar bemoeienis met staatszaken.

Vruchtbare aarde
Door de geruchten en roddels over uitspattingen en verraad, of ze nu juist waren of niet, kelderde het aanzien, de reputatie en het prestige van Tsaar Nicolaas II en zijn hofhouding. Pogingen om het imago van de tsaristische familie op te vijzelen mislukten. Zo had de inzet van de tsarina en haar dochters in de veldhospitalen van het leger (een PR-stunt) een merkwaardige uitwerking: het verminderde slechts de status van tsarenfamilie, omdat de roddels over uitspattingen zich verplaatsten  van de paleizen naar de lazaretten. Tevens verloor de goddelijkheid van de familie met elk vies verbandje meer van zijn schitterende schijn.

De roddels en geruchten kwamen de opponenten van de Romanovs goed uit. Bijna iedereen wilde van ze af. Raspoetin had zelfs onder de adel weerzin en jaloezie gewekt. De onmetelijke schatten van de Romanovs (in 1914 geschat op 9 miljard dollar – met een huidige tegenwaarde van ongeveer 100 miljard euro) hadden kwaad bloed gezet. De onafgebroken luxe feesten in de paleizen, terwijl 2 miljoen soldaten sneuvelden in de loopgraven en overal massaal honger werd geleden, joegen de ontvankelijkheid voor schandaalpraat over het hof verder aan. En de gewone, normale Rus was nog niet vergeten hoe de Tsaar in 1905 vreedzame betogingen had laten neersabelen, met 15.000 doden tot gevolg en zo’n 45.000 verbanningen naar Siberië. Eigenlijk waren ze nergens voor nodig - er was sowieso genoeg reden om de Tsaar in februari 1917 af te zetten - maar de roddels en geruchten vielen in vruchtbare aarde.