-
13 december 2019
Anders leven, directe actie en anti-kapitalisme
Welke rol kan een alternatieve manier van leven, en de vorming van gemeenschappen die een alternatieve manier van leven in de praktijk brengen, spelen in de verandering van de maatschappij? En hoe verhouden directe acties tegen de fossiele en aanverwante industrie zich tot de strijd tegen het kapitalisme? Dat zijn belangrijke en actuele vragen in deze tijden van klimaatcrisis.
Ze komen aan de orde in een stuk dat Bender schreef op Konfrontatie. Een stuk over wat in Frankrijk ZAD’s worden genoemd. 'Zone à Défendre', (te verdedigen gebied). Gebieden die door activisten bezet worden gehouden om een gepland project tegen te houden en waar een alternatieve manier van leven wordt ontwikkeld. Zeg maar het Franse equivalent van ons Ruigoord. Hij sluit zijn stuk (dat een bespreking is van een artikel in Le monde diplomatique) af met het volgende naschrift: “De schrijver van bovengenoemd artikel, Frederique Lordon, gelooft niet in de ZAD's, hij is voor de omverwerping van het kapitalisme. Hij gelooft er in dat arbeiders hun fabrieken in zelfbeheer nemen. WK (een van de andere schrijvers op Konfrontatie) en Willem Bos zijn het daar zonder enige twijfel mee eens. En gelijk hebben ze, maar de wereld zal er niet door veranderen.”
Bender creëert hier naar mijn mening een onterechte tegenstelling: of je gelooft in ZAD’s, of je bent voor de omverwerping van het kapitalisme. Ook de stelling dat Lordon ‘niet in ZAD’s gelooft’ is op zijn minst ongenuanceerd. Hij gelooft niet in een strategie die ervan uitgaat dat uitbreiding van ZAD’s een einde zal maken aan het kapitalisme. De lead van zijn stuk is glashelder. “Om een einde te maken aan de kapitalistische orde, stellen sommigen voor om individuele en lokale alternatieven van het type gemeenschappen in zelfbeheer of ‘te verdedigen gebieden’ algemeen te maken. Een dergelijke aanpak draagt het gevaar in zich dat degenen die ervoor pleiten een geïsoleerde minderheid blijven. Een groot aantal afzonderlijke alternatieven kan echter ook het verlangen naar een massale verandering verspreiden - met behulp van andere middelen ...” (mijn vertaling, WB).
Toch is het punt dat Bender aan de orde stelt maar al te reëel. Iedereen die daar niet bewust de ogen voor sluit, ziet dat we met de klimaatcrisis afstevenen op de grootste ramp in de menselijke geschiedenis. En iedereen die niet zijn of haar kop in het zand steekt, weet dat die crisis het gevolg is van de uitstoot van broeikasgassen door menselijke activiteiten en met name het gebruik van fossiele brandstof. En er is geen logischer, geen rationelere, reactie dan te beginnen met proberen om de eigen uitstoot van broeikasgassen tot een minimum te beperken en projecten die de uitstoot dreigen te vergroten door directe actie te verhinderen. Zoals de grootste en bekendste ZAD ‘Notre Dames des Landes', waar ‘door jaren strijd het geplande vliegveld van de baan is, en waar een alternatieve leefgemeenschap ontstond.’
Wie zich daar tegen keert onder het mom dat het ‘er om gaat om het kapitalisme ten val te brengen’, is op zijn minst een ultralinks warhoofd, maar feitelijk een saboteur. Zowel de directe acties tegen de fossiele economie: ‘Ende Gelande’, de acties tegen de Keystone Pipeline, de aardgaswinning in Groningen, de kap van bossen en duizenden andere grote en kleine acties kunnen niet genoeg gepropageerd, gesteund en aangemoedigd worden. En dat geldt ook voor alle initiatieven om in het eigen leven de klimaatcrisis en meer algemeen de aantasting van het milieu zo veel mogelijk te beperken en collectieve vormen van ‘anders leven’ te ontwikkelen.
Maar dat betekent niet dat we die acties en die manieren van leven tot de strategie tegen de klimaatcrisis kunnen verheffen. Dat een gestage uitbreiding van dit bevrijd gebied voldoende is om onszelf en de aarde te redden. Daar ligt denk ik de kern van mijn verschil van mening met Bender. Hij ziet het probleem in termen van individueel (consumptie) gedrag, ik zie het als een structureel maatschappelijk probleem, als een probleem voortkomend uit hoe de economie en de maatschappij is ingericht en dus uiteindelijk als een probleem van politieke macht. Bevrijd gebied is van groot belang, een noodzakelijke uitvalsbasis, maar uiteindelijk moet er ook een vijand verslagen worden.
Anders leven
We moeten ons, zo benadrukt Bender ‘ontrukken aan de drug van een gemakzuchtig leven’, het is niet het kapitalisme, ‘maar de technologische vooruitgang, de ‘techniek’ op zich die ons lichaam in z’n greep heeft.’ Hij is sceptisch over de 'Fridays for future' en vraagt zich af: ‘Zouden ze nou werkelijk in staat zijn hun luxe-leventje in warmte, vacantie en school op te geven om een RADIKAAL andere koers te gaan varen en op een RADIKAAL andere manier te gaan leven ?’
Voor Bender lijkt de manier van leven, het consumptiepatroon louter een kwestie van persoonlijke keuze. Dat is precies wat de (neo)liberale ideologie ons ook wil doen geloven. Ons gedrag is onze eigen keuze, we zijn vrije en autonome consumenten die op de markt een keuze maken. En welke keuze we maken is onze verantwoordelijkheid en van niemand anders.
In werkelijkheid is dat natuurlijk niet zo. Mensen ‘kiezen’ ook voor de auto omdat er geen (goed) openbaar vervoer is. Mensen ‘kiezen’ ook voor ongezond en ecologische onverantwoord voedsel, omdat gezonde en verantwoordere alternatieven afwezig of veel duurder zijn. We hebben allemaal zaken in huis die na een paar jaar weer vervangen moeten worden omdat ze zo gemaakt zijn dat ze snel kapot gaan en vaak niet of nauwelijks te repareren zijn, of verouderd omdat de software inmiddels is aangepast. Mensen willen een weekje met een goedkope vlucht op vakantie, omdat ze weinig vrije tijd hebben, in drukke en vervuilde steden wonen en thuis niet tot rust kunnen komen.
Bedrijven geven niet voor niks miljarden en miljarden uit aan reclame, in sommige sectoren wordt er meer uitgegeven aan promotie en reclame dan aan de productie. Ze weten dat die stortvloed aan reclame en promotie helpt om ons er toe aan te zetten steeds maar meer te kopen en te consumeren en ons een lifestyle aan te meten. Net zoals de roker niet de keuze maakt om te blijven roken en je, eenmaal verslaafd, sterk in je schoenen moet staan om ermee te stoppen, is de consumptieverslaving ook niet te reduceren tot de keuze van het individu. Natuurlijk: er is een zekere keuzevrijheid, heel veel mensen in het globale Noorden zouden heel wat gezonder en verantwoorder kunnen leven, maar het wordt ons wel verdomd moeilijk gemaakt.
Kapitalisme
De drijfveer daarachter is niet, zoals Bender meent, de wil om ‘gemakzuchtig te leven’, of ‘de techniek’. De drijfveer is een economisch en maatschappelijk systeem waarvan de motor is: het maken van winst, van geld meer geld maken, om kapitaal te vermeerderen. In het kapitalisme wordt niet geproduceerd om in menselijke behoeften te voorzien, maar om winst te maken. Als er meer verdiend kan worden door het maken van massavernietigingswapens dan met ploegijzers, dan stroomt het geld naar de wapenindustrie. Als er meer winst gehaald kan worden met het bouwen van nog een snelweg of kantoorgebouwen dan met huisvesting voor mensen met een kleine beurs, dan gaat het geld daar naartoe. Met de persoonlijke keuze van de consument heeft dat weinig te maken, hoogstens met zijn/haar koopkracht.
Een kenmerk van dat systeem, van die maatschappij, is de enorme en steeds verder groeiende kloof tussen verschillende groepen mensen. Niet alleen een kloof tussen arm en rijk, maar parallel daaraan tussen kleine en grote vervuilers. Kijken we voor het gemak alleen even naar de CO2-uitstoot. 50 % van de totale uitstoot in de wereld kan worden toegeschreven aan de rijkste 10 % van de wereldbevolking. Een studie van Oxfam uit 2015 concludeert dat iemand uit de rijkste 1 % van de wereldbevolking 175 keer zoveel uitstoot veroorzaakt als iemand uit de armste 10 %. Met de auto naar je werk is slecht voor het klimaat, met het vliegtuig naar je vakantiebestemming nog slechter, maar dat haalt het allemaal niet bij de kleine groep superrijken die zich met eigen jet over de wereld beweegt.
En dan is het individuele consumptiepatroon nog niet het belangrijkste. Nog belangrijker is de structurele verspilling die als het ware in het systeem zit ingebakken. We hebben te maken met mondiale productieketens waarbij onderdelen daar geproduceerd worden waar ze, (dankzij lage lonen, het ontbreken van vakbonden en milieuregels, of althans de controle daarop) het goedkoopst gemaakt kunnen worden om vervolgens de wereld over te reizen om weer ergens anders door goedkope kinderhandjes in elkaar gezet te worden om daarna weer elders verkocht te worden. Met alle uitstoot van dien. De reclame-industrie, waarvan de enige bestaansreden is om de winst van andere industrieën te verhogen, produceert volgens CarbonTrack alleen al in het Verenigd Koninkrijk 2 miljoen ton CO2. Een hoeveelheid die overeenkomt met het met fossiele energie verwarmen van 364.000 woningen. In de door een paar grote multinationals gedomineerde voedselindustrie wordt 30 tot 50% van het voedsel weggegooid voordat het op tafel komt. Het Amerikaanse leger stoot jaarlijks meer broeikasgassen uit dan een middelgroot land als Portugal of Zweden. En zo kunnen we doorgaan.
Natuurlijk ben ik het met Bender eens dat iedereen individueel moet proberen om zijn/haar ecologische voetafdruk zo klein mogelijk te houden. Maar daarbij kunnen we niet om de grote vervuilers heen. Zelfs als 90 % van de wereldbevolking haar CO2-uitstoot drastisch weet te verminderen of zelfs helemaal tot nul zou weten te reduceren en we door directe actie alle nieuwe fossiele projecten zouden weten te stoppen, is het probleem niet opgelost.
Om het werkelijk op te lossen moet het systeem veranderen. Moet niet de winst voor een kleine groep rijken, maar de belangen van de grote meerderheid van de bevolking en van een gezond ecosysteem centraal staan. En daartoe moet de kleine groep die belang heeft bij hoe de zaken nu functioneren, de macht kwijt raken ten gunste van de overgrote meerderheid van de wereldbevolking. Dat is waar het bij socialisme in wezen om draait. Niet meer de belangen van een kleine bevoorrechte groep, maar die van de meerderheid en van een gezond ecosysteem centraal.
Strategie
Over de vraag: hoe dat te bereiken valt heel veel te zeggen en zijn al bibliotheken vol geschreven. Maar dat zowel directe actie tegen de fossiele industrie en de daarmee verbonden belangen, als experimenten met collectieve vormen van ‘anders leven’ daar een belangrijke rol in spelen, lijkt mij evident.
Met directe acties maak je grote groepen mensen duidelijk waar het om gaat, laat je zien welke belangen er achter de klimaatramp zitten en dat die niet onaantastbaar zijn. Wordt geïllustreerd hoe de politieke machthebbers deze belangen beschermen. Kunnen grotere groepen gemobiliseerd worden om ook in actie te komen en kan het eraan bijdragen om het systeem aan het wankelen te brengen.
Collectieve experimenten met ‘anders leven’, laten mensen zien dat er alternatieven zijn, dat de mens in harmonie met zijn omgeving kan leven, dat het niet om materiële welvaart en steeds maar meer hoeft te gaan. Dat menselijke relaties en cultuur, zelfbeschikking, collectiviteit en solidariteit waardevoller zijn dan geld op je bankrekening, of spullen in je huis. Het kan ‘het verlangen naar een massale verandering verspreiden’ in de woorden van Lordon. Het staat niet tegenover antikapitalistische strijd, maar is er onderdeel van.
Willem Bos