Skip to main content
  • 23 augustus 2008

Kotsen van de voedselbank

Janneke van Beek

Afgelopen week ben ik lid gemaakt van de voedselbank. Mijn eerste voedselpakket heb ik inmiddels binnen.
Het sprookje: mensen die zich bij de voedselbank vervoegen lijden niet langer honger dankzij de grote bedrijven, die zorgen voor mensen zónder werk mét schulden.
De werkelijkheid: het pakket bevat, naast wat verse groente, voornamelijk onverkoopbare producten, enerzijds omdat de houdbaarheidsdatum bijna bereikt of overschreden is, anderzijds omdat het gaat om overschotpartijen.
Als je gewicht kwijt wil raken, moet je ervoor zorgen geheel afhankelijk te worden van de voedselbank. Op de inhoud kun je beslist geen week leven, en het afvallen wordt nog eens bevorderd doordat er een aantal caloriearme producten in het pakket zitten.

De vrijwilliger die me het pakket gaf zei: “Je kunt gerust dingen eten die een paar dagen over de datum zijn”….. De voedselbank meldt zelf op zijn site:  “Standaard bevat een pakket tenminste tien artikelen, waaronder de top 4 van de voedselbanken: brood; verse groente of blikgroente; fruit en pasta; aardappelen of rijst’. Mijn voedselpakket bevatte noch fruit, pasta, aardappelen of rijst, en slechts een halfje bruin.

Clara en Sjaak Sies zijn de initiatiefnemers van het fenomeen ‘voedselbank’.  Een veel aangehaalde uitspraak van hen is:  “Wat me het meest ergert, is niet dat er rijken en armen bestaan, het is de verspilling”. Verspilling is erger dan arme mensen zonder eten?
De familie Sies vindt dat we ons bewust moeten worden van het feit dat we te veel voedsel verspillen. Blijkbaar denken ze dat, als wij minder verspillen, de voedselschaarste in de wereld wordt opgelost. Maar er IS helemaal geen voedselschaarste! Er is voldoende voedsel, het is alleen oneerlijk verdeeld dankzij het mechanisme van de vrije markt-economie.

Voedselbankklanten  hebben niets om te verspillen – zij vormen dus het ideale rolmodel voor de familie Sies. Overproductie van fabrieken valt ook onder verspilling. Het voedsel dat bij de voedselbank terechtkomt, zou anders worden weggegooid. Dat het nu toch geconsumeerd wordt, scheelt het bedrijfsleven enorm veel geld. Producenten dumpen jaarlijks voor circa 0,9 miljard euro aan levensmiddelen. Een ton levensmiddelen laten vernietigen kost, afhankelijk van het product en de verpakking, tussen de 60 en 100 euro. Door consumptie van het overschot hoeven de verbrandingsovens minder gebruikt te worden. Dat is beter voor het milieu en scheelt het bedrijfsleven nog geld ook!
Steeds meer bedrijven kloppen met hun producten aan bij de voedselbank. „Dat versterkt hun sociaal-maatschappelijke gezicht en bespaart hun de nodige euro’s”, weet Clara Sies.

De arme bewijst dus de producenten een dienst, want hij vergroot de winst van het bedrijfsleven. Bovendien kan het bedrijfsleven de weldoener uithangen, omdat het zich zogenaamd zo sociaal opstelt.

Het voedsel dat ik snel moest eten vanwege de tht raakte op. Na het consumeren van een op de vijfde dag bereide warme maaltijd werd ik misselijk. Onvermijdelijk verdween de inhoud van mijn maag en darmen in de wc-pot. Toch nog verspilling! De misselijkheid heeft nog 2 dagen geduurd – ergens een voordeel, want honger had ik niet, en eten ook niet meer.