-
18 februari 2008
Deportaties… Een hele klus!
“Een echt moeilijk jaar” belooft het te worden, 2008. Met deze woorden introduceerde Albayrak het klaren van “een hele klus”, namelijk het deporteren van mensen zonder papieren die “niet in aanmerking komen” voor het “Generaal Pardon”. Oh ja, en natuurlijk al die andere “illegalen”, waar al sinds vorig jaar het jachtseizoen permanent voor is geopend. Overigens is er helemaal geen sprake geweest van een pardon. Al wie hier ooit was afgewezen, het ergens anders probeerde en weer terugkwam, heeft nu sliepuit dikke pech. Al wie ook maar het geringste “strafbaar feit” op de naam heeft staan, zoals het niet tonen van een identificatiebewijs… Doei! De rest verzinnen we erbij. Da’s traditie in Den Haag.
Dat heeft Albayrak dus mooi bekeken. Zoek maar een stok om een hond mee te slaan en klaag vervolgens over die “hele klus” en wat het allemaal gaat kosten als mensen hier wèl mogen blijven. Het pardon klinkt intussen meer alsof er gratie wordt verleend aan een stel oorlogsmisdadigers, massamoordenaars. Een zoveelste knap staaltje van stemmingmakerij, haatzaaierij, en demonisering, maar uit de mond en portefeuille van een regeringsfunctionaris kan dat natuurlijk nooit strafbaar zijn, al vallen er geregeld doden als gevolg.
“Een echt moeilijk jaar”… Maar wie werkelijk echt moeilijke jaren beleven, dat zijn al die mensen zonder papieren in jouw ijzeren greep, Nebahat! In en uit de opsluitcarrousel, met gevaar voor eigen veiligheid, gezondheid en leven, moeten zij van jou, Nebahat Albayrak, te horen krijgen dat het voor de staatssecretaris achter de sherry in haar Rotterdams appartement, eenvoudig te beveiligen indien nodig, “een echt moeilijk jaar” gaat worden.
Stel: je zit al maanden in de Rotterdamse bajesboot. Je celgenoot is die middag naar de dokter geweest en kreeg een hoestsiroopje voorgeschreven. Die avond gaat het almaar slechter met hem. Je drukt op de intercom en zegt de bewakers een dokter te bellen. Er gebeurt urenlang niets. Je celgenoot wordt zieker en zieker en je belt en roept en moet met lede ogen toezien hoe hij sterft. Nog twee uur waak je bij zijn ontzielde lichaam. Dan gaat tenslotte de deur open en wordt ‘het lijk’ meegenomen. Deur weer dicht. Daags erna word je haastig overgeplaatst.
Het overkwam drie mannen in de Bibby Stockholm. Nog geen twee weken later doet de inspectie voor de gezondheidzorg het laten creperen van hun celgenoot af met: “natuurlijke dood” en “geen structureel probleem”. Een zoveelste cover-up, ditmaal voor: dood door schuld, op zijn minst.
“Een echt moeilijk jaar”. Wat verstaat de staatssecretaris daar onder? Zoiets als het bommetje dat in 1991 bij het huis van toenmalig staatssecretaris Kosto af ging om even te demonstreren hoe het is om je huis te moeten verlaten? In het jaar 2004 kwam Rita Verdonk er met een spatje ketchup vanaf.
Wat verwacht Albayrak nu? Weet ze al dat zij, tredend in de voetsporen van haar voorgangster, eigenlijk niet weg kan komen met roepen dat zíj “de klus”, waaraan Rita is begonnen, gaat klaren, en dat haar daarom een “echt moeilijk jaar” te wachten staat? Weet ze al, dat het niet langer geaccepteerd kan worden dat mensen de dood in worden gejaagd, psychisch de vernieling in geholpen en alleen maar ziek gemaakt als ze ´geluk´ hebben, als ze overleven?
De marechaussee krijgt intussen een geschiedenislesje in efficiëntie: hoe deden ze dat vroeger, mensen over de kling jagen? Zestig jongens en meisjes van ons dapper politieleger mogen op “studiereis” naar Auschwitz. Niet voor straf, maar vrijwillig. Om te leren hoe je dat met respect moet doen, dat deporteren, vastbinden, en knevelen. Zo worden deze uitvoerders van het beleid voorbereid op hun taak.
Het is nog eens wat anders dan de cursus van een week die detentietoezicht’zoet’houders krijgen! Een flitsopleiding in ontsnappingspreventie en intimidatie: hoe je iemand moet boeien, klein krijgen, in de isoleercel gooien, dat soort van dingen. En vooral niet hierin trappen: het eindeloze gezeur van de gevangenen dat ze ergens last van hebben, ziek zijn. Aanstellerij! Deur dicht doen en dicht laten. Dan doen wij de doofpot wel.
Volkomen begrijpelijk, het gejammer van Albayrak: het is inderdaad een hele klus. Er moeten nog centra bij! Er moeten nog manschappen bij! Er moet nóg meer druk worden uitgeoefend op al die rondzwervende mensen, en tenslotte, geleerd van de Schipholbrand: het deporteren van een dode is een stuk makkelijker: kist eromheen timmeren, klaar voor transport.
“Een enorme inspanning” noemt Albayrak dit alles. En dus wordt het “een hele klus”. Wat mij betreft, Nebahat Albayrak, kun je het krijgen: “een echt moeilijk jaar”!