Skip to main content
  • 05 september 2007

US Army op geitenwollensokkentoer

Wendela de Vries

Militaire strategen voorzien wereldwijde instabiliteit door klimaatverandering en een toenemende strijd over grondstoffen, met name olie. Zowel de twee jaar geleden vastgestelde European Defence Strategy van de Europese Unie, als het recente Global Security Trends Program van het Britse defensieministerie verkondigen deze visie. Samengevat wordt het nog eens in een Amerikaans rapport over National Security and the Treat of Climate Change. De boodschap is eenduidig: door klimaatverandering, migratie en daaruit voortvloeiende interne conflicten wacht ons instabiliteit die onze olietoevoer zal bedreigen. Daarvoor is natuurlijk maar één oplossing: De defensiebudgetten moeten omhoog (vooral in Europa!) om de interventiecapaciteit van de Westerse legers uit te breiden. Kopen jongens, die nieuwe aanvalswapens! Hup met die Joint Strike Fighter!

De meest cynische uitwas in dit olie- en klimaatverhaal is de strijd die in poolgebieden ontstaat om nieuwe mogelijke grondstoflocaties, die door het smelten van ijskappen bereikbaar worden. Terwijl wij treuren over gasboringen in ons Waddenzeetje waar onze zeehondjes moeten kunnen spelen, staan grote naties te dringen voor de poolzeeën waar onze Lars de Kleine IJsbeer intussen door het ijs zakt en verzuipt. Iedereen wil boren naar nóg meer fossiele brandstof voor nóg meer klimaatverandering.

Nee, dan het Amerikaanse leger. Dat is helemaal op de goeie weg. Toegegeven, niet meteen uit milieu-overwegingen maar vooral vanwege het feit dat leger, marine en luchtmacht samen in 2005 goed waren voor 10,9 miljard dollar aan brandstofkosten. De hoge olieprijs hakt er dan ook in: een prijsstijging van 10 dollar per vat kost het Pentagon meteen een miljard extra. Bovendien worden de kosten van het beschermen van de olietoevoer uit het Midden Oosten geschat tussen de 44.4 miljard tot 150 miljard op jaarbasis, terwijl tegelijkertijd steeds meer wordt getwijfeld of deze bescherming, bijvoorbeeld door het US Central Command in de Perzische Golf, op den duur nog haalbaar en rendabel zal zijn. Of het nu gaat om het opblazen van pijpleidingen door plaatselijke activisten of een aanval van Al-Quaeda op de grootste olieraffinaderij in Saoedi-Arabië, het grootste leger ter wereld is niet in staat het uitgebreide, kwetsbare netwerk van energievoorzieningen afdoende te beschermen. Om nog maar te zwijgen over de ‘veegjes’ en houdgrepen van zwarte band judoka Putin.

In plaats van de harde aanval kiest het Amerikaanse leger nu verrassend genoeg voor de zachte voorzorg – deden ze dat maar vaker. Afgelegen basis als Diego Garcia in de Indische Oceaan zullen hun toekomstige energievoorziening krijgen uit zonnecellen en thermische energieconversie uit oceaanwater. Guantanamo Bay, toch niet bekend als de softe sector, krijgt 25% van zijn elektriciteit uit windenergie. Het wordt steeds beter! En de US Navy heeft besloten om bij de aanschaf van nieuwe wapensystemen rekening te houden met hun energiegebruik.

Goed nieuws voor de PC-Hoofdtractorhaters is dat de Humvee’s uiteindelijk het veld zullen moeten ruimen voor minder energieslurpende modellen. Als het stoere Humvee-imago overslaat op deze energiezuinige karren en “fuel efficiency is no longer for sissies”om een Amerikaan te quoten, zullen misschien ook Nederlandse binken zich tot een aardiger soort auto’s laten verleiden.

Alleen het brandstofprobleem bij vliegtuigen en schepen zal het Amerikaanse leger niet voor de milieufreaks oplossen. En dat is jammer, want veel goede uitvindingen die zijn gedaan voor het leger hebben daarna de burgermaatschappij verblijd, denk aan GPS, Goretex en margarine. Weliswaar wordt naarstig gezocht naar andere brandstoffen, maar de luchtmacht verwacht vooral veel van een synthetische mix van vliegtuigbrandstof en vloeibare kolen, waarvan de productie helaas bijna dubbel zoveel CO2-uitstoot oplevert als de productie van gewone vliegtuigbrandstof. En de marine pleit voor een herwaardering van kernenergie als scheepsaandrijving. Helemaal klimaatneutraal zal dus ook het Amerikaanse leger niet worden. De defensiebudgetten moeten dan ook echt dringend omhoog.