-
18 juli 2008
Iran, India en non-proliferatiebeleid
De Vereniging van Universiteiten (VSNU) heeft woensdag een
samenwerkingsovereenkomst getekend met haar Indiase zusterorganisatie the
Association of Indian Universities (AIU). Hiermee moet de samenwerking op
het gebied van onderwijs en wetenschappelijk onderzoek tussen de
universiteiten in India en Nederland worden bevorderd, zo liet de VSNU
weten. In het licht van de regeling die alle Iraniërs in Nederland uitsluit van studierichtingen op het gebied van de kernfysica wekt deze overeenkomst bevreemding. Iran heeft het NPV ondertekend en staat volledig in haar recht er een kernenergieprogramma op na te houden. Natuurlijk is het riskant dat Iran uranium mag verrijken. Dat geldt evenzo voor andere landen die uranium verrijken en/of kernbrandstof opwerken. Beide procédés kunnen splijtstof leveren voor het maken van een atoombom. Er is nauwelijks verschil tussen een civiel en een militair kernenergieprogramma. Het is met name aan Duitsland te danken dat het NPV in de jaren zeventig zodanig werd opgerekt dat ook uraniumverrijking werd toegestaan voor NPV-leden die een kernenergieprogramma wilden opstarten. Iran valt op dit punt niets te verwijten. Het heeft net als Nederland op grond van het NPV recht op het verrijken van uranium.
In tegenstelling tot Iran heeft India het NPV niet ondertekend. Dat heeft de Amerikaanse president Bush er niet van weerhouden om te streven naar een nucleaire samenwerkingsovereenkomst met India. De raad van bestuur van het Internationaal Atoomenergie Agentschap (IAEA) neemt 1 augustus een besluit over de nucleaire status van India. Daar wordt een conceptovereenkomst besproken waarin de regels zijn vastgesteld voor de controle op en de waarborging van het civiele kernprogramma van India. Volgens Reuters is het waarschijnlijk dat het IAEA akkoord gaat, hetgeen een belangrijke stap voorwaarts betekent naar de implementering van de Amerikaans- Indiase handelsovereenkomst op het gebied van kernenergie. Dat zou betekenen dat het NPV zo goed als failliet kan worden beschouwd. De Amerikaanse presidentskandidaat Barack Obama was aanvankelijk kritisch over de deal, maar in het Amerikaanse wekelijkse magazine Outlook (12 juli) laat hij weten geen bezwaren te hebben en dat hij hoopt dat de deal nog voor het einde van dit jaar kan worden afgesloten.
De conceptovereenkomst* is nog niet openbaar, maar door een Indiase blogger op het internet gezet. Het deel over beëindiging van de controle en waarborging stelt dat beëindiging “zal worden geïmplementeerd waarbij de bepalingen van GOV/1621 in acht worden genomen.” Indiase critici uiten hun zorgen over dit citaat. Ofschoon het GOV/1621 slechts beperkt openbaar is en dus niet bekend is wat er allemaal in staat, verklaarden bronnen in september 2006 tegenover het vakblad Nuclear Fuel dat dit document handelt over te controleren en te waarborgen nucleaire onderdelen en stoffen die worden overgedragen van een staat aan derden: een achterdeurtje dat India in staat stelt om de tekst te interpreteren als een overeenkomst waarbij de acht inheemse zwaarwaterreactoren (duplicaten van de Canadese CANDU-reactoren, een makkelijke bron voor plutonium) buiten de regeling voor controle en waarborging vallen. Dat is precies wat critici al vreesden. Het zou betekenen dat India de controle en waarborging op deze reactoren kan beëindigen of opschorten nadat geïmporteerde kernbrandstof is verwijderd.
Kortom, de Nederlandse regering heeft heel wat uit te leggen. Na te hebben bijgedragen aan de ontwikkeling van de Pakistaanse atoombom bestaat er nu de serieuze mogelijkheid dat Nederland een bijdrage gaat leveren aan de uitbreiding van het Indiase kernwapenarsenaal. Dat, terwijl er geen serieuze aanwijzingen zijn dat Iran een kernwapenprogramma heeft. Het valt dus onmogelijk te verdedigen dat
Iraniërs worden geweerd en dat Indiërs van harte welkom zijn bij studierichtingen op het gebied van de kernfysica. Een parlementaire enquête naar de affaire Khan lijkt geen overbodige luxe, zodat op basis van die uitkomsten eindelijk eens een geloofwaardig Nederlands non-proliferatiebeleid tot stand kan komen.
* Een kopie van het India-specifieke safeguards conceptovereenkomst,
IAEA/2008/30, is te vinden op (nog niet openbaargemaakt door het IAEA):
armscontrol of op armscontrolwonk