Skip to main content
  • 01 juni 1991

Vrouwen in Koerdistan - een interview met de koerdische vrouwenvereniging YJWK

Laura Carpier/Ronald van Haasteren

Vrouwen in Koerdistan voeren een dubbele strijd. Ze moeten vechten voor hun rechten en tegen de traditionele ondergeschikte positie waarin ze verkeren. De andere strijd die ze voeren is die voor de onafhankelijkheid van Koerdistan. Een strijd waarin vrouwen een belangrijke rol spelen.

"Wij vinden het opvallend dat jullie nu naar ons toekomen voor interviews. Meestal is er geen aandacht voor het Koerdische volk en hun strijd. Als dat wel zo was, dan had dit alles misschien niet hoeven te gebeuren".

Aan het einde van het interview komt dit verwijt naar boven. Terechte kritiek. Aan de alledaagse strijd van de Koerden voor zelfbeschikking wordt meestal geen of nauwelijks aandacht besteed. Nu een miljoen Iraakse Koerden op de vlucht zijn voor de soldaten van Sadam Hoessein en onder verschrikkelijke omstandigheden creperen in de Turks-Koerdische bergen is die aandacht er wel. Mega-popconcerten en brood uit Amerikaanse helikopters moeten de westerse betrokkenheid bij het lot van de Koerden symboliseren. Een betrokkenheid die net zo hypocriet als kortdurig is. Zelfbeschikking voor de Koerden, de onafhankelijkheid van Koerdistan komt geen stap dichterbij. Terwijl dat nu juist de inzet is van de strijd van de Koerden.

We hielden een interview met Zelal, Xanë en Xezal, drie vrouwen van de Koerdische vrouwenvereniging YJWK (Yekitiya Jinën Parêzên Kurdistan). Over de positie van vrouwen in Koerdistan, hun rol in het verzet en de situatie van de Koerden na de Golfoorlog.

Kun je vertellen hoe de Koerdische vrouwenorganisatie is ontstaan?

Onze vrouwenorganisatie is opgericht in 1987, en we zijn zowel aanwezig in Koerdistan als in Nederland en andere Europese landen. Onze organisatie is verbonden met het Koerdische bevrijdingsfront (ENRK), dat op haar beurt weer is verbonden met de Koerdische arbeiderspartij, de PKK. We hebben een aantal bedoelingen met de vrouwenorganisatie. We proberen Koerdische vrouwen bij elkaar te brengen, om ze bewust te maken van wat er in ons land, in Koerdistan gaande is, de strijd die daar wordt gevoerd. We willen dat de Koerdische vrouwen zich bewust zijn van hun eigen cultuur, hun taal; er voor zorgen dat ze met hun land meeleven, dat ze hun eigen land niet vergeten, en als de dag komt dat Koerdistan onafhankelijk is, ze makkelijk kunnen terugkeren. Dat ze niet in een vreemd land thuiskomen, waarvan ze de taal en de cultuur zijn vergeten.

Daarnaast willen we vrouwen bewust maken van de positie van de vrouwen in Koerdistan en hier, wat haar belangen zijn bij de onafhankelijkheidsstrijd, en wat haar rol is in die strijd. We willen met en onder elkaar onze problemen kunnen bespreken, kunnen praten over de positie die we innemen en wat de onafhankelijkheid voor ons kan betekenen. Ook vinden we het belangrijk om de Nederlandse maatschappij bekend te maken met de Koerdische cultuur, met de strijd van het Koerdische volk en dat omgekeerd wij ook kennis maken met de Nederlandse maatschappij, in contact komen met Nederlandse vrouwen, zodat we elkaar beter begrijpen.

Hoe is het initiatief ontstaan om de vrouwenvereniging op te richten?

In 1985 werd het ERNK opgericht en in eerste instantie waren daarin alle verschillende sociale groeperingen vertegenwoordigd, de arbeiders, jongeren en de vrouwen. In de loop van de tijd werd echter duidelijk dat daar nadelen aan zitten, dat je niet genoeg aandacht kan geven aan de specifieke problemen van die verschillende groepen mensen. Daarom zijn toen een aparte vrouwenorganisatie, een aparte jongerenorganisatie en een aparte arbeidersorganisatie opgericht. Zodat ieder beter over zijn eigen problemen en specifieke situatie kan praten, maar ook beter aan elkaar duidelijk kan maken wat die eigen positie is.

Een andere reden om ons als vrouwen apart te organiseren, is dat de geschiedenis leert dat een revolutie niet garandeert dat ook de vrouwen bevrijd worden. Vaak zie je dat vrouwen, terwijl ze een belangrijke rol in het verzet speelden, na de revolutie weer minderwaardig behandeld worden. Om te voorkomen dat dat ook in ons land gebeurt, is het initiatief genomen om de vrouwenorganisatie op te richten. Tenslotte is het voor ons ook belangrijk om met vrouwen bij elkaar te zijn, zodat we makkelijker met elkaar over onze problemen kunnen praten, daar was veel behoefte aan.

Hoe is de relatie met het ERNK? Wordt de strijd van de vrouwen en haar eigen positie erkend, of zijn jullie een organisatie naast de andere organisaties?

Tussen de verschillende organisaties zijn haast geen meningsverschillen, omdat ze allemaal met het ERNK verbonden zijn, en omdat ze allemaal als doel de bevrijding van Koerdistan hebben. Dus onderling kunnen we goed met elkaar samenwerken. Als vrouwenorganisatie bespreken we onderling de problemen van vrouwen, maar we vragen ook hulp aan anderen of helpen als anderen er alleen niet uitkomen.

Hoe is de traditionele positie van vrouwen in Koerdistan? In het programma van het ERNK staat dat haar positie grenst aan de slavernij.

De onderdrukking van de vrouwen in Koerdistan, hun ondergeschikte positie, gaat terug tot de Middeleeuwen. Maar sindsdien, met de verdeling en onderdrukking van Koerdistan, is het eigenlijk alleen maar slechter geworden. In Koerdistan komen vrouwen bijna nooit buiten hun huis, ze gaan nooit de deur uit. Op vijftienjarige leeftijd worden ze uitgehuwelijkt en een paar jaar later hebben ze al vijf, zes kinderen. De Koerdische man heeft de plicht om voor zijn kinderen te zorgen, dus vaak vertrekken ze naar andere streken, om werk te vinden. Dat maakt het voor de vrouwen nog moeilijker, ze zitten dan vierentwintig uur per dag met de kinderen en de huishouding. Alsof ze op een onbewoond eilandje zitten. Ze weten niets van de wereld, niets van wat er in het dorp naast haar gebeurt. Tegelijkertijd zijn het wel de Koerdische vrouwen die onze cultuur in stand houden. De mannen kwamen omdat ze wegtrokken uit hun land, op zoek naar werk, in contact met buitenlandse en fascistische invloeden. Het voortbestaan van onze cultuur is te danken aan de vrouwen.

Wat is er in deze situatie veranderd sinds de komst van de PKK en het ERNK?

Met de komst van de bevrijdingsbeweging is er veel veranderd in Koerdistan. Vrouwen zijn zich beter bewust geworden van hun positie, van hun rechten, maar ook dat we die rechten alleen kunnen krijgen als ons land vrij is. Zolang Koerdistan onderdrukt wordt, zolang zullen vrouwen slaven zijn. Haar deelname in het verzet, aan de intifadahs, de strijd in de gevangenissen, de gelijkwaardige rol die ze in de bevrijdingsstrijd spelen heeft voor vrouwen veel veranderd.

Betekent dat ook dat nu wel hun huis uitkomen, zelf geld verdienen?

Door haar aandeel in de bevrijdingsstrijd zijn de vrouwen veel meer in contact gekomen met andere vrouwen, met andere mensen, andere ideeën. Ze zijn zich bewuster geworden van hun eigen positie, ze komen te weten hoe andere vrouwen leven, ze leren over de rechten van de vrouwen, over de vrijheid die vrouwen kunnen hebben. Ze kunnen het vergelijken met hoe ze zelf leven en zich afvragen wat ze kunnen doen om een einde te maken aan de nu al eeuwen durende onderdrukking. Nog meer dan de Koerdische mannen hebben de Koerdische vrouwen behoefte aan bevrijding, aan vrijheid, omdat ze altijd onderdrukt zijn, door andere landen maar ook daar haar eigen mensen. We zien nu in Koerdistan dat de leiders van het verzet de vrouwen zijn. Vrouwen zeggen: we hebben er genoeg van, van de onderdrukking van ons volk, de onderdrukking van vrouwen. Onze rol is in de bevrijdingsstrijd, anders blijven we altijd slaaf. In het verzet zitten meer vrouwen dan mannen. Onder de vijf oprichters van de PKK zaten ook twee vrouwen.

Wat zijn de concrete doelen die jullie nastreven. De Nederlandse vrouwenbeweging heeft bijvoorbeeld op een gegeven moment heel erg de nadruk gelegd op het krijgen van stemrecht.

Dat is eigenlijk niet vergelijkbaar, want in Nederland is de positie voor vrouwen heel anders. Haar land is bevrijd, ze heeft bepaalde rechten. Dat is in Koerdistan nooit gebeurd. Voor ons is nu veel belangrijker hoe de vrouwen kunnen deelnemen in de onafhankelijkheidsstrijd, hoe vrouwen zich daarin kunnen ontplooien. Wij willen bereiken dat vrouwen een gelijkwaardige positie in de maatschappij krijgen, en de enige manier om dat te bereiken is de bevrijding van Koerdistan, de revolutie. Als vrouwen daar nu een rol in spelen, is onze positie na de revolutie ook veel sterker. Ondertussen verbeteren we onze positie zodat de vrouwen na de revolutie hun eigen leven kunnen leiden, zich ontplooien, haar rechten benutten. Dus wij zeggen: als de bevrijding er is hebben we ons doel bereikt, kunnen we vrij zijn, nemen vrouwen, arbeiders en jongeren allemaal hun plaats in in de samenleving.

En allemaal gelijkwaardig?

Allemaal gelijkwaardig ja.

Koerdistan is in vieren gedeeld; wat zijn daardoor voor verschillen ontstaan en wat betekent dat voor de bevrijdingsstrijd?

Het verschil is voornamelijk dat we onder invloed staan van de verschillende culturen die ons opgelegd worden. De Westerse invloed in landen als Irak en Iran vlak na de tweede wereldoorlog heeft er bijvoorbeeld toe geleid dat de Koerden daar meer ruimte hebben overgehouden om hun cultuur in stand te houden dan bijvoorbeeld de Koerden in Turkije. Maar in de kern is onze positie weer gelijk omdat we allemaal Koerd zijn, tot hetzelfde volk horen. Als vrouwen voelen we ons ook met elkaar verbonden, we hebben dezelfde onderdrukking ondergaan, we herkennen elkaar in de strijd die we voeren. Door de invloed van de religie in Iran is bijvoorbeeld de druk om veel kinderen te krijgen daar nog groter, in dat soort zaken zijn wel verschillen te zien, de positie van vrouwen is daar nog ingewikkelder.

Je noemt zelf al de religie, kun je meer vertellen over de rol van de religie in Koerdistan?

Met de verdeling van Koerdistan zijn de Koerden ook onder de invloed gekomen van verschillende religies, zoals de Islam, het Christendom, het Soenitische geloof, het Allawitische geloof. Zo is ons volk doelbewust verdeeld door de religie, wordt het contact met elkaar bemoeilijkt. Het merendeel van het Koerdische volk is ongeschoold, en de religieuze deling heeft daardoor voor veel problemen gezorgd. Maar ook hierin is verandering gekomen door de komst van de PKK en het ERNK. Degenen die bewust zijn geworden door de bevrijdingsstrijd zien nu ook veel duidelijker de invloed van de religies, ze beseffen dat geprobeerd wordt ons op religieuze gronden uit elkaar te drijven. Godsdiensten mogen eigenlijk geen verschil maken, we zijn 1 volk, allemaal mensen, verschil in religie mag daarom geen probleem zijn.

Zijn er in Koerdistan grote verschillen tussen arme en rijke Koerden?

Die verschillen zijn er en ze zijn vrij groot. We kennen grootgrondbezitters die er dertig tot veertig knechten op na houden. Eigenlijk heeft iedereen recht op land, maar de grootgrondbezitters kunnen het land inpikken omdat ze gedekt worden door de onderdrukkers. De meeste mensen die rijk zijn, werken samen met de bezetter, die er belang bij heeft dat het Koerdische volk niet ontwaakt uit haar diepe slaap. Soms lijkt het op slavernij; mensen die haast de hele dag moeten ploeteren, geen loon krijgen, alleen wat te eten en te drinken. Slavernij betekent in Koerdistan niet de handel in andere mensen, het zijn onze eigen mensen die verkocht worden.

Betekent dat dat het de armen zijn die zich hebben verenigd in het ERNK?

Het ERNK vertegenwoordigt het hele volk, niet alleen maar een bepaald gedeelte. Alle mensen die zich bewust zijn van de onderdrukking van Koerdistan, of ze nu arm, rijk, geschoold of ongeschoold zijn kunnen er plaats innemen. In de praktijk zijn er vaak wel moeilijkheden omdat grootgrondbezitters bijvoorbeeld samenwerken met onze onderdrukkers. Voor spionnen en verraders is natuurlijk ook geen plaats.

Het ERNK vertegenwoordigt dus verschillende sociale groeperingen. Nemen zij ook allemaal op dezelfde manier deel aan de strijd?

Het komt erop neer, dat iedereen datgene doet waar die het beste voor geschikt is. Mensen die goed kunnen leren gaan bijvoorbeeld naar school, om te leren voor onze toekomst. Op dit moment is het wel zo dat de jongeren een hele belangrijke rol spelen, ze zijn dynamisch en vol energie, kunnen op veel plaatsen komen. Ouderen zijn bijvoorbeeld veel meer gebonden aan de plek waar ze wonen. De PKK is indertijd opgericht door vijf mensen, intellectuelen, die veel hadden gelezen over andere bevrijdingsbewegingen en begonnen na te denken over hoe het hier moet. Nu, dertien jaar later, zijn er meer dan een miljoen mensen georganiseerd in het ERNK. Iedereen doet daarbinnen wat ze het beste kunnen, maar steeds vanuit het belang van de bevrijdingsstrijd.

Wat doet de vrouwenorganisatie voor werk in Nederland?

Zoals we al zeiden proberen we Koerdische vrouwen bij elkaar te brengen, om ze te informeren over hun positie, over andere vrouwen. Daarnaast besteden we veel tijd aan het informeren over de strijd in Koerdistan, over onze cultuur. We organiseren taalcursussen, culturele manifestaties, organiseren feesten en dergelijke. Ook proberen we activiteiten te organiseren met Nederlandse vrouwenorganisaties. Maar we houden ook protestacties, demonstraties, hongerstakingen. Hoe ver we ook van ons land zijn, we willen bij ons land blijven, met ons land leven. De vrouwen die bij ons komen met problemen proberen we zo goed mogelijk te helpen. Na zoveel onderdrukking is het erg belangrijk om bij elkaar te kunnen komen.

We willen het ook hebben over de actuele situatie. Wat was de positie van de Koerden tijdens de Golfcrisis? De Palestijnen kozen bijvoorbeeld duidelijk voor Sadam Hoessein.

We hebben vanaf het begin gezegd dat de crisis en de mogelijke oorlog een ramp zou betekenen voor alle volken van het Midden-Oosten, niet alleen het Koerdische. De imperialistische landen voeren de oorlog voor hun eigen belangen. We zien geen verschil tussen hen of Hoessein. De Palestijnen hebben niet naar de toekomst gekeken, alleen maar naar vandaag. Als ze dat wel hadden gedaan, hadden ze misschien een ander standpunt ingenomen. We waren tegen de oorlog, omdat de belangen van ons volk, maar ook andere volken er niet mee gediend waren. Maar we hadden niet de macht de oorlog tegen te houden.

Kun je wat vertellen over de Koerdische opstanden na de oorlog. Het leek een paar dagen te duren, en toen hoorde je er plotseling niets meer over.

De opstanden braken spontaan uit onder het volk, maar ze zijn in de steek gelaten door hun leiders. De traditionele leiders zijn stamhoofden, het leiderschap wordt van vader op zoon overgedragen. Ze gaan alleen uit van hun eigen belangen, ze hebben altijd samengewerkt met de onderdrukkers. Ze hebben nooit het volk geleerd hun eigen problemen zelf op te lossen, ze hebben het volk niets geleerd, ze afhankelijk gemaakt en gehouden. Het volk verwijdert zich van haar leiders, neemt zelf het initiatief, maar wat kunnen ze beginnen tegen het leger van Hoessein, als ze zo weinig weten, zo slecht georganiseerd zijn, geen goede leiders hebben of door hen verraden worden. Daarom mislukten de opstanden, daarom vluchten er nu een miljoen mensen, van hun Iraakse onderdrukkers naar de Turkse onderdrukkers. Het is een vicieuze cirkel.

De overeenstemming die er lijkt te ontstaan tussen Hoessein en de Koerdische leiders over autonomie zegt jullie dus niet zo veel?

Dat is geen stap op weg naar een onafhankelijk Koerdistan. De positieve berichten kloppen niet, We hebben al eerder autonomie gekend, en dat heeft ook niets opgeleverd. Bovendien worden de andere drie delen van Koerdistan vergeten. Als er sprake zou zijn van echte onafhankelijkheid in Irak zou dat misschien nog goed zijn, zou van daaruit kunnen worden gestreden voor een onafhankelijk Koerdistan, maar daar is nu gen sprake van. Dit is geen oplossing.

Wat vinden jullie van de golf van publiciteit en hulp die er nu is voor de Koerden?

De wereld heeft altijd gezwegen over de onderdrukking van ons volk. Juist de landen die nu de oorlog hebben gevoerd voor hun eigen belangen houden we medeverantwoordelijk voor de genocide op het Koerdische volk. Ze zeggen nu wel, er is een land, er is een volk, maar ze komen niet met een oplossing. Het sturen van voedsel, geld en kleren is geen oplossing. Dat helpt misschien twee dagen, drie, een maand. Maar daarna? De enige oplossing is de onafhankelijkheid van Koerdistan, zodat we onze eigen geschiedenis kunnen schrijven. Nu wordt onze toekomst weer door andere landen bepaald, dezelfde landen die zwegen toen we voor hun ogen werden uitgemoord. Eigenlijk worden we nu nog verder verdeeld, door nog meer landen bezet, we zijn gevangenen in ons eigen land. Het sturen van VN-troepen is geen oplossing. Andere landen kunnen onze toekomst niet maken. Dat moeten we zelf doen.

Geschiedenis van Koerdistan

Het Koerdische volk is een van de grootste volken van de wereld waaraan het recht op zelfbeschikking wordt onthouden. Het 30 miljoen mensen tellende Koerdische volk kent een
gemeenschappelijke taal, een gemeenschappelijke geschiedenis, een gemeenschappelijke cultuur en een territoriale eenheid.

Koerdistan omvat een gebied van circa 550.000 vierkante kilometer (dat is ongeveer 14 keer de oppervlakte van Nederland), dat van het Van-meer tot het Urmiye-meer over de Araratberg reikt en waar de Koerden al duizenden jaren leven. De oorsprong van de Koerden gaat terug op de Indo-europese stammen, die zich rond het jaar 1000 voor Christus vestigden in het gebied dat nu Koerdistan vormt.

Koerdistan ligt in een strategisch belangrijk gebied. De regio is belangrijk voor de handel en het verkeer tussen de drie continenten: Europa, Afrika en Azie en is rijk aan grondstoffen,
waaronder olie. Het gebied is dan ook inzet van strijd tussen diverse landen.

In het begin van de zestiende eeuw waren de strijdvoerende partijen de Egyptische Mamelukkenstaat, de Safawitisch-Iraanse staat en het Ottomaans-Turkse rijk. Resultaat van deze strijd was de tweedeling van Koerdistan tussen het Turks-Ottomaanse rijk en de Iraanse staat.

Wanneer het Ottomaanse rijk in de tweede helft van de achttiende eeuw door de industriele revolutie in Europa veel van haar macht begint te verliezen, en uiteindelijk na de eerste wereldoorlog in elkaar stort, wordt de twist om Koerdistan opnieuw aangegaan. Met het verdrag van Lausanne op 23 april 1923 wordt Koerdistan wederom op de operatietafel gelegd en door Turkije, Frankrijk en Engeland in vieren gesneden: het huidige Turkije, Irak, Iran en
Syrie bezetten ieder een gedeelte van Koerdistan.

In alle vier de landen staan de Koerden, zij het met wisselende intensiteit, bloot aan vervolging en onderdrukking. Hun cultuur wordt hun ontnomen, er vinden massale deportaties plaats,
economisch, politiek en militair zijn ze een gekoloniseerd volk en het recht op zelfbeschikking wordt hen onthouden.

Tegen deze onderdrukking hebben de Koerden zich altijd verzet. De geschiedenis van Koerdistan wordt gekarakteriseerd door een lange rij van opstanden die allen bloedig werden neergeslagen. Met de oprichting van de PKK (Partiya Karkeran Kurdistan) in Turks Koerdistan krijgt de nationale onafhankelijkheidstrijd van de Koerden in het begin van de jaren zeventig een nieuwe impuls. In
haar programma omschrijft de PKK haar doelen:

"De revolutie heeft twee aspecten: een nationaal en een democratisch aspect. Het nationale aspect mikt op de koloniale heerschappij in politiek,
militair, economisch en cultureel opzicht. Het tweede aspect van de revolutie is het democratische. Met de democratische revolutie wil de PKK de opheffing van nog uit de middeleeuwen stammende
conflicten bereiken, zoals de uitbuiting door feodale heren en de 'compradores', het stammenstelsel, de religieuze secten en de op slavernij lijkende uitbuiting van de vrouwen. Met de oplossing van deze conflicten zal de maatschappij een democratisch karakter krijgen".

In 1985 wordt onder hoede van de PKK het ERNK (Erniya Rizgriya Netewiya Kurdistan) opgericht, de nationale frontorganisatie van het Volk. Het ERNK werkt aan de totstandkoming van een zo breed mogelijke politieke eenheid onder het Koerdische volk en de ontwikkeling van een politieke en militaire macht. Zij streeft naar maatschappelijke onafhankelijkheid en democratie als grondslag voor de nationale bevrijding.

Door de Nederlandse regering en de grote politieke partijen wordt het recht op een onafhankelijke Koerdische staat niet erkend.