Skip to main content
  • 14 april 2007

Veel broederschap, minder vrijheid, geen gelijkheid. Het regeerakkoord van CDA, PvdA en CU

Rob Lubbersen

Op 22 februari 2007 presenteerde koningin Beatrix de nieuwe Nederlandse regering. Een regering die ondanks de deelname van Wouter Bos en André Rouvoet de geschiedenis zal ingaan als het kabinet Balkenende IV. Een kabinet met acht ministers van het Christen Democratisch Appèl (CDA), zes van de Partij van de Arbeid (PvdA) en twee van de ChristenUnie (CU). Precies drie maanden na de parlementsverkiezingen van 22 november 2006 stonden de vijf dames en elf heren van het nieuwe kabinet op het bordes van het Koninklijk Paleis.

Balkenende IV

In de Tweede Kamer kan de regering rekenen op 80 van de 150 parlementsleden. Bij de verkiezingen behaalde het CDA 41 zetels, de PvdA 33 en de CU 6. Dit staat tegenover een zetelaantal van 25 voor de Socialistische Partij (SP), 22 voor de liberale Volkspartij voor Vrijheid en Democratie (VVD), 9 voor de rechtse Partij voor de Vrijheid (PvdV) van Wilders, 7 voor GroenLinks, 3 voor de democraten van D66, 2 voor de Staatkundig Gereformeerde Partij (SGP) en 2 voor de Partij voor de Dieren (PvdD).
Bij de kabinetsformatie was de grote winnaar van de verkiezingen, de SP (16 zetels erbij!), al snel buiten de boot gevallen. Te links, te radicaal vond het CDA dat als grootste partij het voortouw bij de formatie had. Daarna ging het snel. Onder de bezielende leiding van opperpolderaar Herman Wijffels (voormalig voorzitter van opperpolderclub de Sociaal Economische Raad, SER) werden in afgelegen optrekjes de politieke en de persoonlijke barrières tussen met name Bos en Balkenende afgebroken. En werd er een regeerakkoord in elkaar getimmerd met als titel "Samen Werken - Samen Leven".

Samen Werken - Samen Leven

Het regeerakkoord telt zes hoofdstukken:

  1. Een actieve internationale en Europese rol.
  2. Een innovatieve, concurrerende en ondernemende economie.
  3. Een duurzame leefomgeving.
  4. Sociale samenhang.
  5. Veiligheid, stabiliteit en respect.
  6. Overheid en dienstbare publieke sector.

Het is bij bespreking in de Tweede Kamer van diverse kanten omschreven als een vaag stuk. Bij sommige hoofdstukken zou je het met de titel wel hebben gehad. Desondanks zijn er wel wat punten prominent naar voren gekomen. Welke? Dat hangt een beetje af van wie er spreekt. Balkenende beroemt zich erop dat het beleid van zijn vorige regering inzake de 'reorganisatie' van de zorg en de sociale zekerheid niet wordt teruggedraaid. Ook zal de hypotheekrenteaftrek, een voorziening voor de meer bemiddelde huizenbezitters, niet worden aangetast. Bos wijst op de extra investeringen die gaan plaatsvinden in de probleemwijken en in milieumaatregelen. Ook het generaal pardon, onder voorwaarden, voor 26.000 afgewezen asielzoekers is een zaak die hij gaarne naar voren zal brengen. Voor Rouvoet ligt de opbrengst van dit akkoord op een wat ander terrein. Ontmoediging van euthanasie en abortus, alsmede een ontsnappingsroute voor ambtenaren die geen homohuwelijken willen sluiten, behoren tot zíjn 'kroonjuwelen'. Alle drie reppen ze met regelmaat over de extra middelen die zullen gaan naar verpleegzorg voor ouderen en naar het onderwijs. En ze zijn trots op de nieuwe manier waarop deze regering de samenleving tegemoet zal treden. Daarover later meer!
Waar men minder gaarne over spreekt, is dat deze regering weigert een onderzoek te (laten) doen naar de wijze waarop Nederland de oorlog in Irak is binnengerold. Dat zou nog wel eens een splijtzwam kunnen worden. Er zijn eerder kabinetten op militaire betrokkenheid elders (Srebrenica) gesneuveld … Andere zaken waarover men liever zwijgt zijn het drukken van de loonkosten, het laten meebetalen van gepensioneerden aan hun AOW en niet te vergeten het wegwerken van 15.000 arbeidsplaatsen bij de overheid.

Tamme discussie

Het regeerakkoord is in Nederland tamelijk positief ontvangen. De achterbannen van de regeringspartijen waarderen het akkoord met minimaal een 7. De aanhang van de linkse oppositiepartijen is wat minder enthousiast, maar toch ook nog vrij mild. Terwijl de PvdV-stemmers het akkoord een 3,5 geven, en de VVD'ers niet hoger komen dan een 5+, geven de SP-stemmers het akkoord een kleine voldoende (5,5) en lijkt de achterban van GroenLinks met een 7- zelfs behoorlijk tevreden.
Ook de behandeling van de regeringsverklaring in de Tweede Kamer verliep vrij tam. De meeste ophef ontstond niet over de verklaring, maar over de samenstelling van de regering. Het feit dat Wilders de agenda bepaalde met de discussie over de dubbele nationaliteit van twee staatssecretarissen is in dit opzicht veelzeggend. De verkiezingen voor de Provinciale Staten op 7 maart 2007 lieten zien dat het regeerakkoord op de kiezersgunst niet erg veel invloed heeft uitgeoefend: vergeleken met de verkiezingen van vóór het akkoord waren er slechts marginale veranderingen. Is de gematigd kritische bejegening van het akkoord een teken dat het allemaal wel meevalt? Is het een blijk van opluchting na de koude hardvochtigheid van de kabinetten Balkenende I tot en met III? Of worden we in de luren gelegd?

Klefspraak

Wat eigenlijk het meest opvalt aan het regeerakkoord, is de schrijfstijl. De formulering. De toon die wordt aangeslagen. Het woord 'samen' staat in het regeerakkoord 147 keer en in de regeringsverklaring 44 maal. Daar blijft het niet bij: "groei, duurzaamheid, respect en solidariteit … een samenleving waarin oog is voor elkaar … creativiteit en eigen initiatief … recht doen aan ieders mogelijkheden en talenten … een beter Nederland … een ongedeelde samenleving … duurzaam met elkaar verbonden … houvast en geborgenheid … iedereen in veiligheid een menswaardig bestaan … gemeenschappelijke waarden en normen … de saamhorigheid en de lotsverbondenheid van de wederopbouw."
Zo ronkt het door. Pagina na pagina. Vage klefspraak? Wordt hiermee onthuld wat men werkelijk wil? Of worden hier de zaken mooier afgeschilderd dan ze zijn? Wordt hier geprobeerd de werkelijkheid op te sieren en dus juist te verhullen? Onthullen of verhullen, wat is hier gaande?
Wél duidelijk is dat het akkoord naar inhoud en bewoordingen is doortrokken van de geest van het communitarisme. Dat is niet zo verwonderlijk. Balkenende is een uitgesproken fan van de grondlegger Amitai Etzioni. Bos heeft in zijn kring van geestverwanten met Blair en Schröder eveneens vooraanstaande aanhangers van het communitaristische gedachtegoed. En Rouvoet wordt als rechtgeaarde christen ongetwijfeld door het 'zalven' aangesproken.
In het communitarisme wordt net als in het regeerakkoord veel nadruk gelegd op een goede balans tussen markt, overheid en gemeenschap. Met een hoofdrol voor de gemeenschap, dat wil zeggen: voor de verbanden van gezin, familie, vereniging en kerk. Een fundamentele belangentegenstelling tussen arbeid en kapitaal wordt ontkend. Binnen de gemeenschap worden tegenstellingen overstegen. Samenhang is wezenlijk. De samenhang wordt vastgelegd in strikte normen en waarden. Wie die bedreigt, is nog niet jarig. Achter de mooie woorden en prachtige formuleringen gaat een systeem schuil van extreme dwang. Tegenover de gemeenschap zijn individualiteit en privacy van geringe betekenis. Etzioni heeft zo ooit geroepen dat jeugdige delinquenten kaalgeschoren en in hun onderbroek terug naar hun familie moeten worden gestuurd. En dat hun namen en wandaden publiekelijk in kranten en op tv moeten worden getoond. Houvast, lotsverbondenheid, bla, bla, voor wie zich aan de regels houdt. Maar voor wie aan grenzen morrelt, is er geen pardon. Natuurlijk worden ook de rijken binnen de gemeenschap gemaand zich fatsoenlijk te gedragen, maar aan de eigendomsverhoudingen wordt niet getornd. Ten diepste is het communitarisme een stroming binnen het moderne kapitalisme. Een moralistische variant van het neoliberalisme. Veel verbale broederschap, beperkte vrijheid en geen gelijkheid. Met dit in het achterhoofd is het niet moeilijk om het regeerakkoord te beoordelen: veel gemeenschapspraat, een strenge overheid en uiteindelijk een zich verder ontvouwende markt.

Drukpunten

Een belangrijk deel van de opgang van de SP is toe te schrijven aan het hameren op tekorten in zorg en onderwijs, op mistroostigheid voor de één en welvaren voor de ander, op private rijkdom contra publieke armoede. Ondanks alle mooie woorden en hier en daar enkele toezeggingen die nog moeten worden waargemaakt, laat het regeerakkoord de bestaande ordening intact. Mét die mooie woorden wordt dat deels verhuld. Het ondernemerschap dat wordt aangemoedigd is nog steeds dat van een particuliere ondernemer. In de praktijk kiest deze regering gewoon weer voor de vrije markt. Privatiseringen worden niet ongedaan gemaakt, integendeel. In de zorg en het openbaar vervoer gaat de extra marktwerking dóór. De FNV, die "Samen Werken - Samen Leven" had verwelkomd en niet alleen omdat één van haar nota's dezelfde titel draagt, is inmiddels toch in beweging gekomen. Deels in het kielzog van het Europees Verbond van Vakverenigingen (EVV), maar evengoed uit bezorgdheid over de rampzalige gevolgen van verdere liberalisering van vooral de thuiszorg en het streekvervoer, voert de FNV nu actie onder het motto "Marktwerking?Time-out!". Misschien kan dit een drukpunt worden, een punt van waaruit de beweging aan de basis de regering onder druk kan zetten.
Een andere denkbare confrontatie tussen 'onder en boven' is die tussen het personeel bij de rijksoverheid en de regering. Dat personeel voert al acties voor een betere CAO en kan binnenkort plannen tegemoet zien om haar gelederen met 15.000 mannen en vrouwen uit te dunnen. Dat zal zeker niet zonder slag of stoot gebeuren. De grootste bedreiging voor het regeerakkoord gaat echter voorlopig uit van een kwestie die er niet in staat, die van een onderzoek naar hoe Nederland betrokken is geraakt bij de oorlog in Irak. De weigering van met name het CDA om zo'n onderzoek uit te voeren, wakkert steeds meer de vermoedens aan dat er van meet af aan behalve politieke ook militaire betrokkenheid is bij deze oorlog. Mocht dat zo zijn, dan breekt de politieke, democratische en grondwettelijke hel los. De PvdA, die in de peilingen in een vrije val is geraakt (kleiner dan de SP!), heeft het benauwd. De SP en GroenLinks zijn een campagne gestart om de onderste steen boven te krijgen. Zo zijn er verschillende mogelijkheden om het 'gat' tussen de electorale en de sociale beweging te dichten. En om het spook van het communitarisme te verjagen?