-
08 augustus 2006
Cultuur
Onlangs viel mijn oog op het werk To Hell with Culture van de kunstcriticus en anarchist Herbert Read. In het schrijven uit Read zijn ongenoegen over het concept cultuur en een onverholen minachting over degenen die denken het te produceren. Wat hem betreft schrappen we het woord uit ons vocabulaire.
De oude Grieken, aan wie een hoge cultuur toegeschreven wordt, zo betoogt hij, hadden er aanvankelijk niet eens een woord voor. Zij kenden goede dichters, goede ambachtsmensen, goede politici en een manier van leven die zij bereid waren, wanneer nodig, met geweld te verdedigen. Maar het was nooit in ze opgekomen dat ze zoiets als een cultuur hadden.
Het waren de Romeinen, die het woord cultuur introduceerden, en deze vervolgens dumpten in de gebieden die zij veroverden. In de donkere middeleeuwen ging het begrip cultuur ondergronds en werd er weinig meer van genomen. Pas in de 16de eeuw komt het begrip weer aan de oppervlakte, en raakte het in zwang om het ambachtswerk van schilders en andere kunstenaars aan te duiden, en om te vormen tot koop- en handelswaar.
In de loop van de 18de eeuw kreeg het begrip cultuur een andere, tweede betekenis, die van de vorming van het subject. In die betekenis is het afkomstig van het Latijnse woord colere, wat staat voor bebouwen en bewerken. Analoog aan de landbouwkundige betekenis van agri-cultuur, het bewerken en bebouwen van de grond zodat deze vrucht draagt, kreeg cultuur de betekenis van het vormen van het menselijke subject.
Was in de middeleeuwen de vorming van de menselijke geest nog gericht op de aanbidding van god, in de loop van de 18de en 19de eeuw werd de natie het object van verering, en werd cultuur, in de betekenis van het bewerken van menselijke geest en lichaam, een activiteit ter meerdere eer en glorie van de natie. Cultuur als nationalistisch gif.
Cultuur, in de betekenis van een arrangement van methoden voor geestelijke en lichamelijke vorming, als methode van bevolkingspolitiek, doet me denken aan Michel Foucault’s biopolitieke analyses.
In zijn werk laat Foucault duidelijk zien dat en hoe in de moderne periode het menselijke subject, zijn of haar lichaam en geest, het object wordt van regeren. Tot de 18de eeuw had de politieke theorie gedoceerd dat de macht van een vorst gebaseerd was op de controle over een productieve bevolking. Het doel was het rijk uit te breiden, door middel van huwelijk of zwaard, en zo de bevolking te maximaliseren.
In de loop van de 18de en 19de eeuw werd het idee dominant dat de macht van een overheid niet zo zeer bepaald werd door de macht over een territorium, maar vooral door de controle die het heeft over lichaam en geest van de mensen die er leven. Dit is wat Foucault aanduidt als biopolitiek: een manier van regeren die niet slechts een bevolking controleert, maar haar in al zijn vormen wil produceren, niet in het minst door het vormen van de geest. In de door nationalisme gevormde moderne tijd neemt biopolitiek de vorm aan van cultuurpolitiek.
Inderdaad.
To hell with culture.