Skip to main content
  • 22 juni 2015

Arthur Lehning en Paul Schuitema

Rob Lubbersen

De beroemdste Nederlandse anarchist van de twintigste eeuw is ongetwijfeld Arthur Lehning. Tot ver buiten onze landsgrenzen, waarmee hij als rechtgeaard anarchist natuurlijk niet veel op had, was hij actief en bekend. Een internationale reputatie was in dezelfde tijd weggelegd voor Paul Schuitema. Een fotograaf en avant-gardist met sterk communistische sympathieën. Ondanks hun verschillende politieke opvattingen, kruisten hun wegen zich enkele malen. Nu een tentoonstelling is gewijd aan het werk van Paul Schuitema reden om die relatie voor het voetlicht te halen.

Arthur Lehning (1899-2000) werd op 23 oktober 1899 in Utrecht geboren als zoon van Duitse ouders. Hij studeerde economie in Rotterdam en geschiedenis in Berlijn. Als jonge man was hij, zij het op afstand, getuige van de verschrikkingen van de Eerste Wereldoorlog (1914-1918). Ongetwijfeld droeg dit bij aan zijn opstandigheid tegen militarisme en kapitalisme. Hij werd anarchist. Zijn opstandigheid strekte zich uit tot de wereld der 'schone kunsten'. In 1927 was hij één van de oprichters van het blad de Internationale Revue i10 (1927-1929). Bijdragen werden geleverd door gerenommeerde linkse kunstenaars en intellectuelen zoals Piet Mondriaan, Wassily Kandinsky, Kurt Schwitters, Menno ter Braak, Le Corbusier, Walter Gropius, Upton Sinclair, Ernst Bloch en Henriëtte Roland Holst. In 1935 was Arthur betrokken bij de oprichting van het nog altijd bestaande prestigieuze Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (IISG) in Amsterdam. Tijdens de Spaanse Burgeroorlog (1936-1939) sloot hij zich aan bij de anarchisten in Barcelona. Tot zijn nalatenschap behoort de vertaling van het volledige werk van Michael Bakoenin. In 2000 overleed hij. Hij werd begraven in het Franse dorpje Lys-Saint-Georges en rust daar onder een grafsteen die is ontworpen door zijn vriend Piet Gerards.

Paul Schuitema (1897-1973) werd op 27 februari 1897 geboren in Groningen. Hij volgde een opleiding aan de Academie voor Beeldende Kunsten in Rotterdam. Net als Arthur Lehning was hij zeer onder de indruk van de Eerste Wereldoorlog. Hoewel Nederland buiten die oorlog bleef, drong de ellende van de massaslachtingen in de loopgraven diep door. Tien miljoen dode soldaten, tien miljoen dode burgers, twintig miljoen verminkten. In kringen van kunstenaars groeide de walging van kapitalisme, imperialisme en militarisme naar een hoogtepunt. De Russische Revolutie van 1917 werd begroet als een serieuze poging om een betere wereld te scheppen. Ook op het domein der kunsten klopte de revolutie aan de poorten van de gevestigde orde. De medewerkers aan het blad i10 maakten van die beweging deel uit als representanten van onder andere De Nieuwe Zakelijkheid, Bauhaus en het Constructivisme. Paul Schuitema zat als vernieuwend ontwerper en fotograaf in dezelfde hoek. Net als Piet Zwart en Gerard Kiljan, zij het dat dezen een minder uitgesproken politiek standpunt innamen. Paul deed dit laatste bijvoorbeeld in het tijdschrift Links Richten (1932-1933). Daarin schreef hij o.a. een artikel over De Foto Als Wapen In De Klassestrijd.

Bij het blad Links Richten komen we een groot aantal socialistische en communistische kunstenaars en intellectuelen van die dagen tegen: Jef Last, Freek van Leeuwen, Joris Ivens, Anton Coolen, Henriëtte Roland Holst, Bertus Meijer, Maurits Dekker, Theun de Vries, Geert van Oorschot, Edgar du Perron, Gerard Reve (de vader van) en Anton de Kom (de Surinaamse revolutionair). Vanaf de dertiger jaren maakte Paul Schuitema verschillende films in de stijl van de Russische revolutionaire cineast Eisenstein en de Nederlandse filmer Ivens. Naast zijn politiek activisme deed Paul reclamewerk, vooral voor de weegschalen- en snijmachinefabriek Van Berkel. Geheel volgens zijn 'zakelijke' opvattingen met vrijwel uitsluitend gebruik van rood, zwart, foto's en strakke letters. Later maakte hij overigens een naslagwerk waarin van 9.999 kleuren wordt aangegeven hoeveel rood, blauw, geel en zwart ervoor gemengd dient te worden. Ook ontwierp hij stoelen met stalen buizen. Op de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten in Den Haag werd hij de inspirator van en docent op de afdeling 'reclame en fotografie'. In 1973 overleed Paul Schuitema te Amsterdam.

Arthur Lehning en Paul Schuitema hebben elkaar verschillende malen ontmoet. Ze waren leeftijdgenoten en deelden een passie voor linkse politieke strijd en avant-gardisme in de kunst. Ze zaten in de jaren na de Eerste Wereldoorlog in hetzelfde milieu en kenden dezelfde mensen. Beiden stonden voor radicale vernieuwing. Paul Schuitema schreef bijvoorbeeld in het door Lehning opgerichte tijdschrift i10 een typografische beschouwing over Letters, waarin hij afrekende met tierelantijnen, individualisme en persoonlijke voorkeuren en pleitte voor leesbaarheid, eenvoud en “het directe propageeren der argumenten”. Dat was eind jaren twintig van de 20e eeuw. In 1931 ontwierp Paul Schuitema de omslagen voor een tweetal brochures van Arthur Lehning. Het ging om “Rationalisering en de 6 urige arbeidsdag – Arthur Müller Lehning – Prijs 10 cent” en “Politiek & Cultuur – Arthur Müller Lehning – Den Haag-Rotterdam-1931”.

De samenwerking tussen Lehning en Schuitema mag gezien hun politieke voorkeuren toch wel bijzonder worden genoemd. Beiden waren weliswaar radicaal links, maar niet van dezelfde snit. Lehning was al vanaf het begin van de jaren twintig actief in de anarchistische beweging, terwijl Schuitema zich oriënteerde op het communisme en de Sovjet Unie. In de Sovjet Unie werden anarchisten vervolgd en onderlinge scheldpartijen deden zich wereldwijd voor. Anarchisme en communisme werden water en vuur. Volgens Martin Schuitema, de zoon van Paul, was zijn vader beslist géén anarchist. En wilde hij wel lid worden van de Communistische Partij Holland (CPH; voorloper van de CPN), maar kreeg hij van die kant te horen dat men liever arbeiders dan intellectuelen als lid inschreef. Mogelijk dat Paul's werk voor Lehning mede enige terughoudendheid bij de communistische partijbazen had bewerkstelligd, want zuiverheid in de leer stond toentertijd in hoog aanzien. Waarschijnlijk heeft Paul zelf ook niet al te zeer aangedrongen op lidmaatschap. Het verhaal over de afwijzing vertelde hij later aan zijn zoon Martin “terloops met gegrinnik”.

Hoewel hij nog lang onder de indruk bleef van het Sovjet-experiment, wees hij ook een gastdocentschap in Moskou van de hand. Buiten de Sovjet Unie en buiten 'De Partij' kon hij zijn sympathieën voldoende volgen. Voor het op het communisme georiënteerde tijdschrift Links Richten maakte hij niet alleen omslagen en artikelen. Hij organiseerde eveneens een foto- en filmcollectief onder de paraplu van dat blad en hij regelde een tentoonstelling in Den Haag over arbeidersfotografie. Een expositie die overigens door de Haagse politie werd opgebroken. Bij Links Richten kwam hij Arthur Lehning niet meer tegen. Die was daar als anarchist niet welkom. Het ligt voor de hand dat de politieke werelden van Arthur en Paul inmiddels te ver uiteen waren gegroeid voor verdere ontmoetingen en vormen van samenwerking.

Expositie en films

De tentoonstelling met een overzicht van het werk van Paul Schuitema is nog te zien t/m 28 juni 2015, op donderdag t/m zondag van 12.00 tot 16.00 uur in Raadhuis De Paauw, Raadhuislaan 22, 2242 CP Wassenaar. Gratis toegang.
De films van Paul Schuitema (d.w.z. De Maasbruggen, De Bouwhoek van Harlingen, De Hallen van Parijs, De Klompendans en Het Partisanenlied) worden vertoond op 27 juni aanstaande, tussen 11.00 en 15.00 uur (de gehele serie duurt ongeveer 1,5 uur) in het Filmhuis, Langstraat 40, Wassenaar. Eveneens gratis toegang.