Skip to main content
  • 30 juli 2009

Drie keer niks

Weia Reinboud

Eén.
Hoewel er het een en ander aan voorafging voor wie oplettend de kranten spelde, was het het rapport van de Club van Rome in 1972 dat het milieu definitief op de kaart zette met de allereenvoudigste constatering dat fossiele brandstoffen een eindige energiebron zijn. Daar moet je niet op bouwen. Daar moet je je economie niet op afstemmen. Daar moet je geen economische groei op laten lopen.
Althans, dat leken mij en heel wat anderen voor de hand liggende conclusies, maar de goegemeente vatte de boodschap niet. De christenpolitici gingen door met wat ze al deden, er stond immers niets over olie in de bijbel, de rode politici gingen door met wat ze al deden, de arbeiders gingen immers nou net allemaal een autootje aanschaffen en dat mag je ze niet afnemen, de liberalen gingen door met wat ze altijd al deden, denken aan de beurskoersen immers.

Twee.
Twintig jaar later werd in Rio de Janeiro het klimaatverdrag van de Verenigde naties gesloten. Ook dat bevatte voor wie de kranten bijhield geen nieuws, maar niemand kon er toen meer om heen dat er met het klimaat iets aan de hand was. De allereenvoudigste constatering was dat bepaalde gassen invloed hebben op de werking van de atmosfeer en als je steeds meer van die gassen de lucht in blaast zal dat vast gevolgen hebben. Daar moet je dus iets aan doen. Daar moet je je ekonomie op afstemmen. De gassenuitstoot moet je niet laten groeien.
Althans, dat leken mij en heel wat anderen voor de hand liggende conclusies, maar de goegemeente vatte de boodschap niet en kocht een grotere auto. De christenpolitici, de rode politici, de liberale politici, enfin, een bekend liedje, zij gingen door met wat ze altijd al deden. Er waren intussen ook groene politici, maar wat die deden ben ik vergeten.

Drie.
De olie is niet alleen eindig, de afval van de olie verklungelt niet alleen onze atmosfeer, de olie wordt ook nog zeldzamer. Peakoil, piekolie. Minder dan twintig jaar na het klimaatverdrag zal het moment gepasseerd worden, als dat al niet het geval geweest is, dat de olieproductie zijn maximum passeert. En dat leidt tot de allereenvoudigste constatering dat via de marktwerking de prijs omhoog zal gaan en dat het niet de breedste schouders zullen zijn die die last gaan dragen. Daar moet je dus iets aan doen. Dat moet je je economie niet laten doen.
Althans, dat lijken mij en nog wat anderen voor de hand liggende conclusies, maar de goegemeente had de eerste twee boodschappen gemist en zal deze derde eenvoudige boodschap ook wel weer niet laten doordringen. De christenpolitici, de rode politici, de liberale politici én de groene politici roepen in koor dat de marktwerking heilig is en zij blijven liever met hun portemonnee dan met hun hersenen denken. Net zoals hun kiezers.

Vier.
Ja, wat zou vier zijn?
Dit bijvoorbeeld: de grootste oliegebruikers hebben de grootste bekken en de grootste legers en die zullen de grootste moeite doen om het grootste deel van de olie te bemachtigen.
Of dit. Uit de eerste boodschap volgde dat je helemaal geen eindige energie moet gebruiken, uit de tweede boodschap volgde dat je helemaal geen eindige energie moet gebruiken, uit de derde boodschap volgt dat je helemaal geen eindige energie gebruikt en dus gaan we geen eindige energie meer gebruiken.