-
21 februari 2008
Laat Wilders naar de rechter lopen
Vergelijkingen die mank gaan, spreken aan, die in de pas lopen, zeggen weinig. Zo doet de actuele verbodsgolf - hand, boerka, tentoonstelling, film - me denken aan een debat in 1984 op de Algemene Vergadering van de toenmalige onderwijsbond van de FNV, ABOP. Het ging over de uitsluiting van het bondslidmaatschap voor leden van de Centrumpartij en aanverwante groeperingen. Een kleine minderheid, waartoe ik behoorde, was tegen. En bijna een kwart eeuw later twijfel ik aan de zin om Wilders en zijn partij voor de rechter te slepen.
In mijn spreektijd van vijf minuten verwees ik naar de ook toen gebruikelijke opvatting om 'extreem rechts' en 'extreem links' op één maatschappijvijandige hoop te gooien. Bovendien had het NVV pas dertien jaar daarvoor het 'communistenverbod' opgeheven. Uitsluiting, vervolgde ik, getuigde van weinig zelfvertrouwen, zou niet leiden tot 'normalisering' van opvattingen en was een verplaatsing en geen oplossing van het gestelde probleem van racisme. Een probleem dat ook nog eens samenhing met de economische en politieke crisis van begin jaren tachtig. Een artikel hierover droeg de kop "Je ziet ze niet meer, maar ze zijn er wel".
Strafstaat
Gebod en verbod liggen dicht bij elkaar. De tweede wordt wel omschreven als "het gebod om iets na te laten". Niet voor niets hebben beide een godsdienstige, kerkelijke, koninklijke of keizerlijke oorsprong, waarbij naleving controle vereist en overtreding straf vergt.
De huidige opleving en uitbreiding van gedragsbeperkingen staan op het eerste gezicht in directe relatie met de vrijheid van godsdienst en meningsuiting. Met in hun kielzog de zwaarbeladen 'veiligheid en terreur' en hier en daar een portie kuisheid. Wat er in feite gebeurt, raakt echter meer en is daarom verontrustender. Sommigen spreken van de neoliberale controle- en strafstaat die uitsluit en opsluit (dwingende werkverschaffing, psychiatrische dwangverpleging, vreemdelingendetentie). Eén cijfermatige illustratie: gedurende de periode 1985-2005 is in Nederland het aantal gevangenen per 100.000 inwoners verviervoudigd.
Deze georganiseerde promotie van sociaal-economische en ideologische onverdraagzaamheid wordt politiek breed gedragen en vindt in Wilders en zijn partij ijskoude pleitbezorgers. Logisch dat de meeste parlementariërs het debat 'intern' wensen te houden. Waren hun voorgangers vrij in de gangpaden van de Tweede Kamer het zwaard te trekken, zij wanen zich in een vredestempel waar monniken gelijke kappen dragen; Wilders is één van ons, is van ons.
De belangrijkste verdienste van de gang naar de rechter is de doorbreking van dit parlementair protectionisme. Tegelijkertijd echter is daarmee 'de wet' als absolute norm aanvaard, terwijl deze toch niet bepaald in alle opzichten 'de onze' is.
Duivels
Ook onder het verscherpte racisme van vandaag, de moslimhaat en de revival van het kleinburgerlijk fatsoen, blijft de argumentatie van 1984 in de kern overeind. Crisisverschijnselen krijgen steeds meer een dagelijks karakter. Sociale voorzieningen functioneren als een beloning voor de aangepasten, de tucht van de markt is nog lang niet uitgewoed en Wilders, Verdonk en Kamp doen Janmaat vergeten. Dus naar de rechter?
Wie even mee wil doen aan de psychologisering van het verschijnsel Wilders ziet ook een ijdeltuiterige blaaskaak wiens gedragingen geprogrammeerd lijken door de blik van 'de ander'. Zich beloerd weten via het sleutelgat, ventileert hij zijn blik op de wereld. Wordt hij hierop betrapt, moet dat wel door het oog van de duivel zijn, dus noemt hij zich gedemoniseerd. Doen dus.
Zoals de duivel slechts betekenis heeft door de kwaadaardige invloed op degenen die hij tracht te bekeren, lost Wilders op als zijn aanhang hem verlaat. Laten we hem isoleren door veel aandacht te geven. Laten we hem en zijn partij, en de geheime leden als Kamp en Verdonk, aanvallen. Laten we zijn boosaardig economisch programma demonteren. Laten we tegen hem demonstreren. Laten we zijn aanvalslinie onthoofden.
Kortom, laten we hem tot vervelens toe uitnodigen naar de rechter te stappen. De kans dat hij daartoe besluit, lijkt uiterst klein, want hij zal elk gezichtsverlies willen vermijden. Gebeurt het toch, dan zal de rechter moeten aantonen dat Wilders en zijn aanverwanten geen racist zijn. En dat lijkt me een hele klus.