-
23 februari 2018
Een schurk is een schurk. Ook op Urk
Wat mij betreft mogen ze allemaal de plomp in, de beelden en de straatnaambordjes, het eerbetoon aan de 'helden' van de Neederlandse 'handelsgeest'. Weg met de beelden van nationale trots! Voorhamers in de aanslag. Maar ach, wat is een held? Het is ook maar een mens, nietwaar? Of zoals een Urker zegt ter motivering van het plan om daar de straten van een hele nieuwbouwwijk te vernoemen naar boeventuig zoals J.P. Coen: "U en ik hebben ook foute dingen gedaan. Er is geen een mens goed, u niet en ik niet." Waarom dan mensen op een voetstuk plaatsen als geen enkel mens goed is? Wel, nogal simpel: om de geschiedenis te mogen inkleuren, en dat eeuwenlang.
Kijk, dat vind ik nou “drammerig”, om met Urker raadslid Willem Foppen te spreken. Die vindt namelijk dat mensen die nu eens een eind willen maken aan al die verheerlijking juist degenen zijn die drammen. Meneer Foppen kan er blijkbaar niet tegen dat zijn helden schurken zijn en dat hij daarmee wordt geconfronteerd. Alles moet vooral bij het oude blijven. Tot in de eeuwigheid willen mensen als hij bepalen wat we zien en vooral ook: wat niet. Dat, en niets anders is waar het aanwijzen van helden voor dient. Er moeten eenvoudigweg lieden, hoe barbaars ook, op een voetstuk worden geplaatst zodat we kunnen zeggen: dat is ons verhaal, onze trots.
Hier is nog zo'n Urker parel van vaderlands kolonialisme: "Toen wij hoorden dat deze mensen kritiek kregen, hebben wij gezegd: dat mag niet gebeuren. Wij op Urk zijn een zeevarend volk, vandaar dat deze mensen ons bijzonder aanspreken." en "Zeehelden van vroeger, die hebben altijd een speciaal plekje natuurlijk". En tot slot nog deze: “Nederland heeft veel te danken aan deze mensen.” Nou bedankt maar toch niet bedankt. De blik van de Urkers is er nog altijd een van zeevaarders met oogkleppen op.
Enige tijd geleden zag ik een historicus in een praatprogramma dramatisch doen over de teloorgang van 'onze geschiedenis'. Die zou helemaal vergeten worden door het neerhalen van standbeelden en het vervangen van straat- en andere namen. Dat is natuurlijk grote onzin en bezorgheid om niets, behalve dan de angst om niet meer iets te hebben om trots op te zijn. Denken dit soort lui nu werkelijk dat mensen die voorstellen om op te houden met al die heldenverering dat willen zodat we de geschiedenis kunnen uitwissen? Integendeel! Het is juist de bedoeling dat onze kijk op de geschiedenis verandert en dat we nu eens de andere kant van al die verhalen gaan zien. En die is niet heldhaftig. Die is monsterlijk en daartegen is altijd al verzet geweest.
Weg dus met de roze brillen op onze witte neuzen! Ons gebrek aan kennis is ronduit stuitend en beschamend. Er is werk aan de winkel. Aan ons is het ervoor te zorgen dat generaties na ons niet net als wij opgroeien met de vanzelfsprekendheid van nationale trots op zaken die geen trots en eer verdienen. We hebben een inhaalslag te maken en die begint vandaag of liever gisteren al. Problemen mee? Wil je standbeelden en heldenverering? Pleinen en straten vernoemen? Daar gaan we dan!
Weg met het beeld van Van Heutz, hier komt Tjoet Nja Dinh! En er zijn er meer! Veel meer. Wie kent er bijvoorbeeld namen van zich tegen slavernij op Suriname verzettende Marrons? Wie heldenverering wenst en nog op zoek is naar namen om aan straten te geven, gezichten van moedige strijders en strijdsters om beelden voor op te richten, hoeft maar bereid te zijn buiten de gebaande paden van de koloniale verheerlijking te treden om een ander verhaal voor het voetlicht te brengen, namelijk dat van de met bloed besmeurde Gouden Eeuw en vooral: dat van het verzet daartegen, verzet tegen VOC en WIC door echte mensen met namen en gezichten die bestaan hebben, verzetstrijders en strijdsters. Helden waarvan we nog nooit hebben gehoord.
Witte Neederlanders moeten eens ophouden met dat pathetische gejank en zichzelf in de slachtofferpositie te plaatsen. Tot op de dag van vandaag profiteert onze economie nog van slavenhandel en kolonialisme. En tot op de dag van vandaag verkeren nazaten van tot slaaf gemaakten en uitgebuitenen in een achterstandspositie die maar niet wordt erkend en die racisme voedt en vanzelfsprekend maakt. Van hun sokkels, die moordenaars. Besmeur hun beelden met de waarheid. Sla ze aan gruzelementen.
En dan de straatnamen. Hier zijn er alvast een paar: de Bonistraat, de Baronlaan, het Kapitein Brooseplein en het Adyáko Benti Basiton Plantsoen. Hoe leren we ooit wie het waren en wat hun bijdrage aan de vrijheidsstrijd was als we hun namen niet tegenkomen?
Tot slot stel ik voor de plaats Urk te hernoemen: Schurk. Dat is tenslotte de mentaliteit waarbij men zich daar thuis voelt. Misschien kan meneer Foppen uit Schurk dat daar alvast even gaan uitleggen.